De vier Nederlandse grootbanken moeten zelf een steviger financieel stootkussen aanleggen, omdat ze te groot zijn om te mogen omvallen.

Sinds de kredietcrisis van 2008 is duidelijk dat niet alle banken gelijk zijn. Zogenoemde systeembanken, die vitaal zijn voor het functioneren van de kredietverlening en de economie, brengen een land grote schade toe als ze omvallen. Zo groot dat overheden deze banken altijd zullen moeten redden.

Dit brengt een zognoemd moreel risico mee, dat grootbanken er een potje van kunnen maken, maar in laatste instantie weten dat de staat altijd zal bijspringen.

Om dit risico op te vangen is in Europees verband besloten dat toezichthouders kunnen eisen dat systeembanken een extra financieel stootkussen aanleggen, om te zorgen dat de kans kleiner is dat ze in slechte tijden het loodje dreigen te leggen.

Extra buffers voor Rabo, ING, ABN en SNS

Dinsdag maakte De Nederlandsche Bank (DNB) bekend hoe de vier Nederlandse grootbanken die als ‘systeembank’ worden gezien hun financiële buffers moeten versterken.

Rabobank, ING en ABN Amro worden als de meest cruciale banken voor de Nederlandse financiële sector gezien en krijgen een extra buffer opgelegd van drie procent van de naar risico gewogen bezittingen. Voor SNS Bank geldt een 'systeembuffer' van 1 procent. De grootbanken mogen deze buffers tussen 2016 en 2019 geleidelijk opbouwen.

Om een idee te geven van wat dit voor de grootbanken betekent. Rabobank rapporteerde over 2013 dat de naar risico gewogen bezittingen - dus hypotheken, bedrijfs- en andere kredieten en beleggingen - 211 miljard euro bedroegen. Een extra buffer van drie procent komt dan neer op ruim 6 miljard euro.

ING meldt in het jaarverslag voor ING bank een nog iets hoger bedrag voor de naar risico gewogen activa van 283 miljard euro, wat zou neerkomen of een extra buffereis van bijna 8 miljard euro.

ABN Amro had volgens het jaarverslag eind 2013 een bedrag van 109 miljard euro in de boeken staan aan naar risico gewogen bezittingen, wat voor de extra buffereis een bedrag van ruim 3 miljard euro zou inhouden. Bij SNS Bank lagen de naar risico gewogen actie eind vorig jaar op 14,6 miljard euro. Bij een extra financieel stootkussentje van 1 procent gaat het dan om 146 miljoen euro.

Rabobank, ING, SNS en ABN lieten tegenover persbureau ANP weten dat hun buffers nu al voldoen aan de nieuwe kapitaaleis, die bovenop de huidige vereiste 7 procent komt. Bij Rabobank bedraagt de kapitaalbuffer (core tier 1-ratio) 13,5 procent, bij ING 10 procent, bij SNS 16,6 procent en bij ABN 12,2 procent.

,,Wij voldoen er ruimschoots aan. Voor de consument biedt de maatregel zekerheid dat de dingen die in het verleden zijn gebeurd, niet meer kunnen gebeuren´´, zegt een woordvoerder van SNS. Volgens ING en ABN hebben de aangescherpte regels geen invloed op de activiteiten van de banken, zoals de kredietverlening.

Vangnet voor grootbanken

De zogenoemde systeembuffers van de grootbanken komen bovenop andere regels voor grootbanken, die het financiële systeem weerbaarder moeten maken.

De Nederlandse banken zullen bijvoorbeeld voor ongeveer 4,5 miljard euro moeten bijdragen aan het Europese resolutiefonds, het vangnet voor zwakke banken. Dat is de inschatting van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB), zo bevestigde een woordvoerder dinsdag naar aanleiding van berichtgeving in het Financieele Dagblad.

De bijdrage komt neer op een jaarlijkse storting van zo'n 560 miljoen euro. De Europese ministers van Financiën besloten onlangs dat de Europese banken vanaf 2015 acht jaar de tijd krijgen om het fonds te vullen met 55 miljard euro. Het vangnet kan worden aangesproken voor kosten die niet worden gedekt als een bank failliet gaat.

DNB liet dinsdag weten dat het kernkapitaalniveau van de Nederlandse banken in de toekomst op ten minste 10 procent van de risicogewogen activa komen te liggen voor de drie grootbanken en op 8 procent voor SNS Bank. Deze percentages kunnen nog verder oplopen wanneer sprake is van "excessieve kredietverlening" en kapitaalopslagen als de toezichthouder vindt dat een bank extra risico's neemt.

Wie moet bloeden bij omvallen grote bank

Naast de extra financiële buffers die toezichthouders opleggen om te voorkomen dat grootbanken omvallen, wordt ook gewerkt aan zogenoemde 'resolutieplannen': een soort blauwdruk voor hoe een bank moet worden opgeknipt, als deze failliet dreigt te gaan.

Verder treden als onderdeel van de Europese bankenunie uiterlijk in 2016 regels in werking die bepalen op welke manier aandeelhouders, obligatiehouders en grote spaarders moeten bloeden als een bank dreigt om te vallen, vóórdat de belastingbetaler aan de beurt is.

Bron: Z24/ANP

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl