Hogere belastingen, hogere hypotheekrente, hogere rente voor bedrijfskredieten en aanhoudende malaise op de huizenmarkt. Geert Wilders en de PVV zadelen Nederland op met een nieuwe crisis die we op dit moment volstrekt niet kunnen gebruiken.

Door weg te lopen van broodnodige bezuinigingen en hervormingen dreigt
Nederland minimaal een half jaar langer stuurloos rond te dobberen. Dat kan
de hoop op economisch herstel makkelijk doen knakken.

De Nederlandse economie draait dit jaar allesbehalve florissant. Maar in de
krimp van een half procent tot 0,75 procent die instanties als het CPB
en het IMF incalculeren, zit de verwaching dat de grote klap in de eerste
helft van 2012 valt. In de tweede helft van het jaar zou de economie weer
weer licht moeten aantrekken. Of dat nu gaat gebeuren, is echter
twijfelachtig.

Overheidsfinancién ontsporen

In zijn motivatie van het afwijzen van het Catshuispakket verwees Wilders naar
onzinnige “Brusselse eisen”. Daarmee gaf hij aan maatregelen die
het begrotingstekort volgend jaar terugbrengen tot drie procent van het
bruto binnenlands product, geen prioriteit te geven. Sinds medio 2011 is het
echter juist de Nederlandse regering geweest die daar, samen met Duitsland,
hard op heeft gehamerd.

De gedachte dat Nederland ‘hard’ bezig is als het begrotingstekort van 4,6
procent van het bbp naar 2,8 procent wordt teruggebracht, komt in een ander
perspectief te staan als je de absolute getallen erbij neemt. Uit de berekeningen
van het Centraal Planbureau blijkt dat de rijksoverheid bij een tekort van
2,8 procent, nog altijd 17,6 miljard euro meer uitgeeft dan er binnenkomt.
Dat blijft een behoorlijke stimulans voor de economie.

Vertrouwen investeerders ebt weg

Bovendien heeft Nederland niet alleen te maken met de Europese norm van drie
procent. Ook los daarvan zijn we met een staatsschuld van meer dan 400
miljard euro afhankelijk van het vertrouwen van beleggers die geld hebben
geleend aan Nederland. Die investeerders kijken simpelweg naar het vermogen
van de politiek om de overheidsfinanciën in het gareel te houden. Daar
bestaan al sinds maart dit jaar twijfels over. En maandag schoot, in
reactie op de politieke impasse, de marktrente
voor Nederlandse staatsleningen
verder omhoog.

Het volstrekt onnodige verlies van de hoogste AAA-rating bij
kredietbeoordelaars hangt inmiddels in de lucht. Als dat gebeurt, kan dit
direct op het conto van Wilders en de PVV worden geschreven. De
Nederlandsche Bank en minister De Jager schatten dat dit de overheid
uiteindelijk 4 miljard euro aan extra rentelasten kan opleveren. Dat
betekent hogere belastingen of extra bezuinigingen, ook voor de kiezers van
de PVV.

Maar dat is niet de enige schade die dreigt. De hogere staatsrente kan op
korte termijn ook gevolgen hebben voor Nederlandse grootbanken die steun
genieten van de overheid. De kredietstatus van Nederland en die van de
banken staat immers niet los van elkaar. Hogere leenkosten voor banken
zullen doorberekend worden in de vorm van extra opslagen op hypotheekrentes
en bedrijfskredieten.

Stagnatie huizenmarkt

Daarnaast blijft er, tot na de verkiezingen, waarschijnlijk grote onzekerheid
over belangrijke dossiers zoals de aanpak van de hypotheekrente-aftrek. Die
aanpak was meegenomen in de Catshuisplannen van CDA en VVD en zal dus
vrijwel zeker door een nieuwe regering worden opgepikt. De sleutelkwestie
is: hoe?

Potentiële kopers en verkopers op de huizenmarkt voelen op hun klompen aan dat
er iets gaat gebeuren met de fiscale subsidies van de eigen woning. Maar
zolang niet duidelijk is welke aanpassingen er komen, is het onmogelijk voor
consumenten om een financiële planning voor de lange termijn te maken.
Gevolg: de kopersstaking op de huizenmarkt houdt ook voor de rest van het
jaar aan. En dat heeft bredere negatieve gevolgen voor de economie.

Het zwarte economische scenario dat voor de korte termijn opdoemt, kan nog
gekanteld worden als CDA en VVD steun vinden bij andere partijen om al vóór
verkiezingen in het najaar substantiële maatregelen te nemen. Partijen als
Groenlinks en D66 willen eventueel wel zaken doen met CDA en VVD. Maar de
PvdA van Diederik Samson vindt de 3-procentsnorm voor het overheidstekort -
net als de SP en de PVV - van minder belang. Ook dat getuigt niet van gevoel
voor verantwoordelijkheid.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl