Het EFSF, dat met garanties van de eurolanden geld ophaalt om de noodleningen aan zwakke eurolanden te financieren, wist een bedrag van 1,97 miljard euro veilig te stellen, tegen een rente van 0,222 procent. De vraag was meer dan driemaal zo groot als het aanbod. Dit bleek uit data van de Duitse centrale bank.
De rente die aan Frankrijk wordt berekend over staatsobligaties met een eenzelfde looptijd bedraagt tussen de 0,26 en 0,53 procent. Investeerders boden Duitsland en Nederland recentelijk zelfs een negatieve rente op hun staatsleningen.
Kredietstatus
Volgens analist Alessandro Giansanti van ING is het waarschijnlijk dat het EFSF gemakkelijker kortlopende obligaties zal kunnen uitzetten dan leningen met een langere looptijd. Volgens hem wijst de correlatie met de Franse renteniveaus hierop.
Als kredietbeoordelaar Standard & Poor’s de kredietstatus van Frankrijk verlaagt, komt automatisch die van het EFSF in het geding, aldus Giansanti. ,,Het fonds zal dan een liquiditeitspremie moeten betalen aan investeerders, waardoor het voor hen erg moeilijk wordt om obligaties uit te geven op de markt.”
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl