De beleggingsstrategie van “kopen-en-houden” blijkt ondanks de sterke bewegelijkheid op aandelenbeurzen een verstandige strategie, volgens beleggingsexpert Chuck Jaffe.
Door de slechte start van het beursjaar en de grote schommelingen van aandelen krijgen particuliere beleggers makkelijk de indruk dat ze zich meer als echte aandelenhandelaren moeten gedragen om geld te verdienen.
In zijn column op Marketwatch.com somt beleggingsexpert Chuck Jaffe een aantal redenen op waarom de tegenstanders van de zogenoemde “buy-and-hold” strategie ernaast zitten.
Vasthouden, niet vergeten
Het consequent vasthouden aan een investeringsplan levert pakweg 1,5 procentpunt per jaar aan extra rendement op, zo blijkt volgens Jaffe uit onderzoek. Volgens de columnist is dat natuurlijk wel afhankelijk van de kwaliteit van het oorspronkelijke investeringsplan.
Hij adviseert dan ook om een investering vast te houden, maar deze zeker niet te vergeten. Indien de portfolio aangepast dient te worden om op koers te blijven met het plan, moet een belegger wel de benodigde ingrepen doen.
Blijf kritisch
"Voor eeuwig" is de favoriete tijdsperiode van superbelegger Warren Buffett, als het over beleggen in aandelen gaat.
Jaffe waarschuwt dat vasthouden aan een slechte investering geen goed idee is. "Als een fonds of aandeel van koers verandert of consequent niet aan de verwachtingen voldoet, moet je er niet voor de rest van je leven aan blijven plakken."
Controle over timing
Ook enige controle over de timing van toevoegingen aan de portefeuille is volgens Jaffe wenselijk.
Beleggers die nerveus zijn over de huidige marktomstandigheden, kunnen vasthouden aan wat ze hebben en contanten opbouwen in plaats van effecten bijkopen. "Wanneer je alleen geld aan het werk wilt zetten als de tijd goed voelt, dan is dat niet slecht; je moet dan alleen geen excessieve rendementen verwachten."
De vermogensbeheerder Adviser Investments heeft onlangs een studie gedaan in samenwerking met de redacteuren van de nieuwsbrieven van Fidelity Investor en The Independent Adviser for Vanguard Investors.
De analyse betrof een belegging met een eerste inleg van 1.000 dollar in 1985, gevolgd door jaarlijkse investeringen over een periode van dertig jaar. Één (theoretische) investeerder stortte elke keer aan het einde van het jaar bij, terwijl de andere investeerder jaarlijks bijstortte op het meest slechte moment, namelijk vlak na een piek op de markten.
Na dertig jaar bedroeg het rendement van de investeerder die elke keer aan het einde van een jaar bijstortte 9,2 procent. De "ongelukkige" investeerder die elk jaar de meest slechte timing had wist desondanks een gemiddeld jaarlijks rendement te behalen van 8,8 procent. Dus zelfs de investeerder met de meest belabberde timing realiseerde een mooi rendement over de lange tijdsperiode.
Uitstappen meest risicovol
De tegenstanders van de "buy-and-hold" strategie wijzen vaak op de pijn die een belegger moet doorstaan bij scherpe koersdalingen en de schade die wordt veroorzaakt tijdens langdurige neergaande perioden. Je moet als beleggers dan ook over stalen zenuwen beschikken om vast te houden aan het investeringsplan.
Echter, de investeerders die het meest worden getroffen door een neergaande markt zijn zij die op het verkeerde moment zijn uitgestapt, stelt Jaffe.
Ook beleggers die op het juiste moment zijn uitgestapt, lopen het risico om de volgende opwaartse marktcyclus te missen als ze niet op tijd weer instappen.
Het succes van een "buy-and-hold" strategie is volgens Jaffe dan ook vooral afhankelijk van hoeveel pijn een belegger kan verdragen en niet zozeer van de markt zelf.
Oeps! We konden je formulier niet vinden.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl