De Nederlandse inflatie is september uitgekomen op slechts 0,2 procent, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bij een eerste raming. Daarmee was de inflatie een stuk lager dan een maand eerder, toen de prijzen in doorsnee 3 procent stegen.

Er is echter wel een probleem met de nauwkeurigheid van het Nederlandse inflatiecijfer, omdat het CBS in juni van meetmethode is veranderd, waardoor de vergelijking op jaarbasis niet meer helemaal zuiver is.

In 2022, toen energieprijzen hard stegen, ontstond er discussie over de manier waarop het CBS energieprijzen meenam in de inflatie. Dat gebeurde op basis van prijzen voor stroom en gas voor nieuwe contracten. De maandelijkse stijging van energieprijzen werkte daardoor hard mee in het inflatiecijfer.

Echter, aangezien veel Nederlanders vaste energiecontracten hadden en bijvoorbeeld bestaande klanten met variabele contracten vaak andere prijzen betalen dan nieuwe klanten, was de werkelijke snelheid van de stijging van energieprijzen voor veel huishoudens lager dan de energiedata die het CBS gebruikte suggereerden.

Het CBS is energiedata daarom op een andere manier gaan verzamelen die beter weergeeft wat huishoudens daadwerkelijk betalen voor stroom en gas.

Afgelopen juni is de overstap gemaakt naar het meenemen van de nieuwe meetmethode voor energieprijzen. Hierdoor is de jaar-op-jaarvergelijking momenteel echter onzuiver. Het CBS vergelijkt hierbij vanaf juni 2022 tot en met mei 2023 immers een prijsindexcijfer op basis van de oude methode met een indexcijfer op basis van de nieuwe methode.

Dit heeft momenteel tot gevolg dat bijvoorbeeld het oude vergelijkingscijfer van september 2022 gebaseerd is op de toenmalige zeer hoge energieprijzen voor nieuwe klanten, aangezien in 2022 nog alleen de prijzen voor nieuwe klanten werden meegenomen. Het indexcijfer voor september 2023 is gebaseerd op de nieuwe meetmeethode en hierdoor krijg je momenteel een kunstmatig sterke daling in de procentuele vergelijking van jaar op jaar. Dit heeft grote invloed op het totale inflatiecijfer.

Dalende prijzen volgens Europese rekenmethode inflatie

Volgens de Europese meetmethode, die net iets anders is dan die van het CBS, komt er voor september zelfs een daling van de inflatie op jaarbasis uit. Het gaat dan om een afname van 0,3 procent. Bij de binnen de Europese Unie afgesproken methode om de inflatie te meten, wordt echter geen rekening gehouden met de kosten voor het wonen in een eigen woning.

De inflatie liep sinds het einde van 2021 steeds harder op, waarbij de oorlog in Oekraïne sinds februari 2022 voor extra sterke prijsstijgingen zorgde. De gevolgen voor de koopkracht van Nederlanders werden daarmee ook een belangrijk politiek thema.

In de aanloop naar de verkiezingen is bestaanszekerheid bijvoorbeeld een belangrijk thema geworden en veel partijen in de Tweede Kamer steunen een extra verhoging van het minimumloon.

LEES OOK: Waarom spaargeld voor 1 jaar vastzetten momenteel relatief aantrekkelijk is: je verslaat de inflatie en blijft redelijk flexibel