De effectenbeurzen in de Verenigde Staten herstelden maandag van de afstraffing die beleggers vorige week gaven aan technologieaandelen.  

Die beleggers lieten zich leiden door beter dan verwachte cijfers van de bank Citigroup en over de Amerikaanse winkelverkopen in maart.

Alle indexen 0,8 procent hoger

Alle drie de toonaangevende graadmeters stonden tijdens de middaghandel in New York 0,8 procent hoger. Voor de Dow-Jonesindex met daarin de 30 grootste Amerikaanse beursfondsen, betekende dat een tussenstand van 16.156 punten. De bredere S&P 500 stond op 1829 punten en de technologiegraadmeter Nasdaq op 4030 punten.
De Amerikaanse detailhandel kende in maart de sterkste omzetgroei sinds september 2012. De verkopen namen met 1,1 procent toe, meer dan economen hadden voorspeld. Amerikanen kochten vooral meer auto’s, kleding en tuinartikelen. De verkoopstijging in februari werd bovendien bijgesteld van een eerder gemelde 0,3 procent naar 0,7 procent.

Visa koploper in Dow

De creditcardmaatschappijen Visa en American Express profiteerden van de toegenomen kooplust bij Amerikanen met koerswinsten van 2,2 en 1,3 procent. Visa was daarmee koploper in de Dow. Sportkledingfabrikant Nike en chipfabrikant Intel wonnen allebei 1,5 procent. De bank JPMorgan Chase stond met een verlies van 0,9 procent onderaan.

Citigroup boekte in het afgelopen kwartaal iets meer winst dan een jaar eerder, terwijl de baten een fractie daalden. De winststijging was onder meer te danken aan het vrijvallen van eerder genomen voorzieningen voor verliezen op leningen. De cijfers waren beter dan verwacht. Het aandeel won 3,8 procent.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl