Hielp de aanleg van het Duitse snelwegennet echt om de populariteit van het Nazi-regime te schragen? Twee economen zochten naar hard kwantitatief bewijs.

“Ja, maar hij heeft wel de Autobahn aangelegd.”

Bij alle kritiek op de gruwelen van Hitlers’ Nazi-regime dook deze vergoelijking regelmatig op na de Tweede Wereldoorlog bij gesprekken tussen jongere en oudere Duitsers. De Autobahn als fundament van Hitlers vroege populariteit.

Twee Duitse onderzoekers, een econoom en een economisch historicus, namen geen genoegen met anekdotische verhalen. Ze besloten onlangs na te gaan of er ook hard bewijs is voor het idee dat de Autobahn sterk bijdroeg aan Hitlers populariteit in de jaren 1930. Zie daarvoor dit artikel op de site Vox.

De achterliggende vraag is uiteraard of politici met brood en spelen, of Grote Werken, middelen hebben om hun aanhang te vergroten.

Aanleg van Autobahn

Vrijwel meteen na de feitelijke politieke machtsovername van de Nazi's in maart 1933, maakte Hitler vaart met de plannen voor de aanleg van een landelijk dekkend netwerk van snelwegen. In september 1933 begonnen de eerste werken, in 1935 waren de eerste stukken snelweg voltooid en in 1938 lag er 3.500 kilometer snelweg.

Militaire overwegingen speelden bij de start van de verwoede wegenbouw nauwelijks een rol, stellen onderzoekers Nico Voigtländer en Hans-Joachim Voth. De plannen voor de bouw van een nationaal snelwegennet stamden al uit de jaren 1920 en werden door Hitler met kleine wijzigingen overgenomen.

De aanleg van snelwegen begon ook niet met het verbinden van de belangrijkste stedelijke centra. In plaats daarvan werd op 17 plaatsen in Duitsland tegelijk begonnen met de aanleg van stukken snelweg. Daarbij kwamen kruisverbindingen tot stand in 131 van de 901 kiesdistricten in Duitsland.

Kiezerssentiment

Dit gegeven hebben de onderzoekers aangegrepen om kwantitatief onderzoek te doen naar de mate van verzet tegen Hitlers' bewind in respectievelijk november 1933 en augustus 1934. Eind 1933 werden er nieuwe verkiezingen voor Reichstag gehouden, met de NSDAP als enige beschikbare partij. Iets minder dan een jaar later vond een volksstemming plaats ter goedkeuring van de bundeling van de functies van president en rijkskanselier in de persoon van Hitler.

De onderzoekers zijn nagegaan of er, los van andere ontwikkelingen, een verschil was in sympathie voor het Nazi-regime, naar gelang een kiesdistrict al dan niet te maken had met de aanleg van een stuk Autobahn. Hiermee hebben ze geprobeerd te ondervangen dat er noch in november 1933, noch in augustus 1934 sprake was van vrije verkiezingen.

Uit de analyse blijkt dat er inderdaad een significant verschil valt waar te nemen in de stemmingsuitslagen tussen 1933 en 1934. In gebieden waar stukken Autobahn werden aangelegd slonk het verzet tegen het Nazi-regime veel sneller dan in gebieden waar dat niet het geval was.

Geen economisch wonder, wel teken van daadkracht

De conclusie is dus: ja, Hitler profiteerde duidelijk van de aanleg van de Autobahn. De onderzoekers wijten dit overigens niet aan het directe economische voordeel: het plan was om 600 duizend mensen een baan te bieden bij de aanleg van het snelwegennet, maar dat werden er maar 125 duizend.

Transportvoordelen waren er ook nauwelijks: het private autobezit was in Duitsland ten tijde van de aanleg van de Autobahn nog minimaal.

De grootste aantrekkingskracht van de aanleg van de Duitse snelwegen, zo stellen de onderzoekers, lag in het beeld van daadkracht dat hiermee werd opgeroepen. Een zichtbaar bewijs dat het nieuwe regime de energie en organisatorische capaciteiten had om het kwakkelende Duitsland weer in beweging te krijgen.

Lees ook

Hitler zit Google Maps weer dwars

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl