De keuze om de Europese Unie  te verlaten is een hard gelag voor de Britse economie. De peilingen onder inkoopmanagers wijzen op een forse krimp voor het Verenigd Koninkrijk.

Volgens de vrijdag gepubliceerde studie van onderzoeksbureau Markit, dat haar voorspellingen ent op peilingen onder inkoopmanagers, zakken productie en het aantal nieuwe orders voor het eerst sinds het einde van 2012 en is het optimisme van Britse dienstverleners over het komende jaar sinds 7 jaar niet zo laag.

Stond de Composite Output Index (de industriële productie van het Verenigd Koninkrijk) in juni nog op 52,4 punten, deze maand zakte hij onder de cruciale grens van 50 (neutraal)  naar 47,7 punten. Dit is het laagste niveau sinds april 2009. Deze index meet zowel de activiteit in de industrie als die in de dienstensector.

De malaise binnen de dienstverlening was in juli significanter dan die in productie – zowel dienstverlenende activiteiten als nieuwe orders gingen het hardst omlaag in meer dan 7 jaar.  Productie en nieuwe orders in de maakindustrie vielen beide voor het eerste sinds het eerste kwartaal 2013.

(klik voor uitvergroting)

vk pmi en bbp

De export: klein visje, zoet visje

De enige stijger, voor de tweede opeenvolgende maand, was de export. Deze topte voor het eerst sinds twee jaar, wat het natuurlijke gevolg is van de daling van het Britse pond. De keerzijde vormt echter de stijging van productiekosten, doordat grondstoffen en halffabrikaten tegen hogere prijzen geïmporteerd moeten worden.

Dat producenten steeds meer op de kleintjes letten bleek niet alleen uit hun terughoudendheid waar het inhuur van personeel betreft, maar weerspiegelde zich ook in de sterkste daling van inkoopactiviteit sinds maart 2013. Dankzij een zwakkere vraag en krimpende orderportefeuilles wordt voor de komende maanden meer verlies van banen verwacht. De hoeveelheid uitstaande orders is de laagste van de afgelopen 4 jaar.

Boosdoener Brexit

Volgens Chris Williamson, hoofdeconoom bij Markit, verslechterde de Britse economie in juli op dramatische wijze waarbij bedrijfsactiviteiten de snelste vertraging lieten zien sinds de financiële crisis van 2009. Williamson wijst met de beschuldigende vinger naar de uitslag van het Britse-referendum als oorzaak van annuleringen van bestaande orders, het uitblijven van nieuwe orders en uit- en afstel van bestaande projecten.

De peiling van Markit suggereert een economische krimp van 0,4 procent voor het derde kwartaal, hoewel dit er natuurlijk van afhangt of augustus een verdere verslechtering laat zien of dat juli inderdaad het dieptepunt was. Op basis van de lage verwachtingen in de dienstensector denkt Williamson dat op korte termijn de pijn nog niet uit de markt is.

EU-economieën daarentegen in de lift

Hoe anders is dat op het vasteland. Voor de Duitse economie verwacht Markit deze maand een sterkere groei dan in het afgelopen halfjaar. Deze maand neemt de activiteit in zowel de Duitse maakindustrie als in de dienstensector sterker toe dan in juni. De graadmeter voor de hele Duitse economie steeg daardoor naar het hoogste peil van de afgelopen zeven maanden.

Ook de Franse economie toont verbetering, hoewel deze er nog altijd aanzienlijk minder sterk voor staat. Na de kleine krimp die in juni werd gemeten, wijzen de cijfers op een stabiele groei. Waar de Franse industrie deze maand verder achteruit ging, daar toonden de dienstensectoren een bescheiden groei.

Voor de hele eurozone werd daarentegen een lichte verzwakking van de groei gemeten. Daardoor zakte deze terug naar het laagste peil van de afgelopen anderhalf jaar. Gezien alle onzekerheden rond het Britse referendum viel de vertraging echter mee, aldus Markit. De onderzoekers spraken van een trage, maar gestage groei van om en nabij de anderhalf procent op jaarbasis.

Bron: ANP/Z24

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl