Op de korte termijn hebben beleggers vrijwel altijd wat om over te klagen. De remedie? Laat je niet afleiden door schommelingen van het rendement, maar focus op een solide strategie, stelt Hendrik Oude Nijhuis.
Afgelopen week steeg de koers van Berkshire Hathaway, het investeringsvehikel van superbelegger Warren Buffett, voor het eerst boven 200 duizend dollar per aandeel. Goed nieuws voor de verschillende goede doelen die Buffett’s miljarden uiteindelijk zullen krijgen.
Buffett schonk eerder al miljarden dollars aan goede doelen maar bezit nog altijd 321 duizend aandelen Berkshire Hathaway. Dat belang is nu zo’n 65 miljard dollar waard.
Exponentiële groei
De koersontwikkeling van Berkshire Hathaway vormt een mooi voorbeeld van het effect van exponentiële groei, ook wel het rente-op-rente-effect genoemd. Begin jaren ’60 kocht Buffett aandelen Berkshire Hathaway voor ongeveer 10 dollar en in 1977 – Buffett had de textielfabrikant reeds omgevormd tot investeringsvehikel – passeerde het aandeel de grens van 100 dollar.
In 1983 sloot Berkshire Hathaway voor het eerst boven de 1.000 dollar. En negen jaar later, in 1992, voor het eerst boven 10.000 dollar.
Vervolgens zou het veertien jaar duren (tot 2006) tot het niveau van 100 duizend dollar bereikt werd. En afgelopen week werd zoals aangegeven het niveau van 200 duizend dollar doorkruist.
Schaalnadelen zorgen ervoor dat het rendement van Berkshire Hathaway in de toekomst minder zal zijn dan in het verleden. Maar Buffett zelf verwacht nog wel dat de toekomstige stijging van Berkshire Hathaway - op termijn - hoger zal zijn dan het rendement van de S&P-500 index voor Amerikaanse aandelen.
Veel beleggers zijn inmiddels wel bekend met het indrukwekkende succes van Warren Buffett en de imposante koersstijging van Berkshire Hathaway. Minder bekend is dat de koers van Berkshire Hathaway tussentijds maar liefst vier keer (!) in waarde halveerde. Ook Buffett zelf stelt geen idee te hebben wat aandelenkoersen op korte termijn zullen doen.
Beleggen in aandelen: de korte termijn
Wat de korte termijn betreft (denk aan een afzonderlijk kwartaal of zelfs een jaar) zijn er goed beschouwd een viertal scenario's mogelijk:
A) De aandelenmarkt stijgt, je portefeuille presteert beter dan de markt
B) De aandelenmarkt stijgt, je portefeuille presteert slechter dan de markt
C) De aandelenmarkt daalt, je portefeuille minder slecht dan de markt
D) De aandelenmarkt daalt, je portefeuille presteert slechter dan de markt
Voor de korte termijn geldt dat elk van deze scenario's een vrijwel gelijke kans van 25 procent heeft. De kans is zo bezien dan ook vrij groot om op korte termijn niet echt tevreden te zijn met het behaalde rendement (enkel scenario A stemt immers tot volle tevredenheid).
Waar rendement op korte termijn vrijwel volledig willekeurig verdeeld is, geldt dat voor de wat langere termijn niet. Op langere termijn stijgen aandelenmarkten juist gedreven door de waardecreatie van de onderliggende bedrijven. Bovendien geldt dat de goedkoopste aandelen als groep op termijn bovengemiddeld renderen.
Focus op solide beleggingsstrategie
Omdat rendement op de korte termijn vrijwel volledig willekeurig tot stand komt, is het verstandig je daar niet blind op te staren. Slimmer is het om je energie te stoppen in het verkrijgen en volledig eigen maken van een solide beleggingsstrategie (zoals value-beleggen). En overdenk alvast hoe je met periodes omgaat waarin zich bovengeschetste scenario's B, C of D voordoen.
Op korte termijn mag dan gelden dat elk van de vier scenario's een vrijwel gelijke kans heeft, op langere termijn geldt dat bepaald niet. Door gespreid in value-aandelen te beleggen, en daar in goede én slechte periodes aan vast te houden, kom je uiteindelijk vrijwel gegarandeerd in het meest aantrekkelijke scenario (A) uit. En in dat scenario profiteer je eveneens het meest van exponentiële groei.
Hendrik Oude Nijhuis heeft zich jarenlang verdiept in de strategieën van ‘s werelds beste beleggers en is tevens oprichter van warrenbuffett.nl over de beleggingsstrategie van Warren Buffett. Deze column is niet bedoeld als individueel advies tot het doen van beleggingen.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl