De Dow Jones-index van dertig toonaangevende fondsen stond vlak na opening 0,8
procent lager op 13.412 punten. De breder samengestelde S&P 500-index stond
0,8 procent lager op 1.476 punten. Schermenbeurs Nasdaq noteerde evneens 0,8
procent lager op 2.648 punten.
Het tegenvallende macrocijfer betrof de consumentenprijzen in november.
Die stegen met 0,8 procent ten opzichte van de voorgaande maand, terwijl
analisten hadden gerekend op een stijging met 0,6 procent. Op donderdag
bleek dat de producentenprijzen ook al sterker dan verwacht waren gestegen.
Beleggers denken dat door deze inflatiecijfers de kans kleiner wordt dat het
Amerikaanse stelsel van centrale banken, de Federal Reserve, de rente verder
zal verlagen.
Verder gaf de voormalige Fed-voorzitter Alan Greenspan blijk van een
sombere kijk op de ontwikkeling van de Amerikaanse economie. Tegen een
radiostation zei hij dat de kansen dat de VS in een recessie belandt
duidelijk toenemen.
Het aandeel Citigroup ging met 1,2 procent omlaag. De bank maakte donderdag
nabeurs bekend 49 miljard dollar (33,4 miljard euro) uit te trekken om eigen
investeringsfondsen uit de problemen te helpen. De fondsen hebben last van
de crisis op de zogeheten subprime-markt in de Verenigde Staten. Volgens
kenners wijst dit erop dat het leed op de krediet- en hypotheekmarkten nog
lang niet voorbij is.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl