De twee, Michiel Palthe en Jan Voûte, verloren hun baan in 2003 wegens verdenking van handel met voorkennis. Het gerechtshof in Amsterdam besliste wel dat De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) schadevergoeding moesten betalen.
DNB en AFM gaven VPV in 2003 bindende aanwijzingen die leidden tot het ontslag van de twee. De toezichthouders meenden dat de bestuurders zich in 1999 hadden schuldiggemaakt aan handel met voorkennis.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) besliste in 2006 dat dit optreden van DNB en AFM niet juist was. De Hoge Raad zegt in het vonnis dat de twee oud-bestuurders door de strafrechter onherroepelijk veroordeeld zijn. Het zou niet gekomen zijn tot de bindende aanwijzingen van de toezichthouders als de bestuurders zich niet hadden schuldiggemaakt.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl