Vervolgens claimen ze de waarde van de auto bij hun verzekeraar, die niet weet
dat het voertuig al zwaar beschadigd was.

Directeur Harry Fillon van het Verzekeringsbureau Voertuigcriminaliteit zei
dat maandag naar aanleiding van een bericht in De Telegraaf.

Lucratieve oplichting
Een BMW van 50.000 euro is een fractie daarvan waard als de auto rijp is voor
de sloop. Wanneer de auto wordt geïmporteerd, moet er slechts bpm over de
dagwaarde worden betaald, niet over de nieuwwaarde.

Als de fraudeur vervolgens in Nederland fingeert dat hij tegen een boom is
gereden, betaalt de verzekeraar veel meer uit dan de dagwaarde. Per auto kan
de opbrengst in de tienduizenden euro’s lopen.

Steekproef
Om hoeveel gevallen het gaat, is niet bekend. "We hebben een steekproef
gedaan onder enkele tientallen geïmporteerde auto’s. Bij 80 procent ervan
bleek gefraudeerd te zijn”, aldus Fillon.

De mensen om wie het gaat, zijn dezelfden die eerder auto's stalen, zegt hij. "Zonder
groot risico genereren ze dezelfde opbrengst, misschien nog wel meer.'' Wat
er gebeurt met de mensen die betrapt zijn, ligt ingewikkeld. "De
gegevens gaan naar de verzekeraar. Die moet dan zelf afwegen of hij de klant
op een zwarte lijst zet of dat hij het geld terugvordert. Strafrechtelijk
hangt het er maar helemaal van af hoe serieus een officier van justitie het
neemt.''

Geheime informatie
Om te kunnen voorkomen dat er gefraudeerd wordt, wil Fillon graag beschikken
over de gegevens van de douane. Tot op heden is dat niet mogelijk.

Een woordvoerster van het ministerie van Financiën liet weten dat dit soort
gegevens niet zomaar kunnen worden verstrekt. "We hebben een
geheimhoudingsplicht, in zijn algemeenheid verstrekken wij nooit individuele
gegevens aan derden.''

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl