Aandelen gingen over een breed front in de uitverkoop, waarbij financiële fondsen opnieuw rake klappen kregen. De rente op Nederlandse staatsleningen voor tien jaar tot werd door de run op staatsopbligaties onder het nulpunt gedrukt
In Amsterdam stond de AEX-index rond 11.30 uur 1,5 procent in de min op 423,83 punten. De MidKap zakte 2,1 procent naar 580,29 punten. In Frankfurt en Parijs liepen de verliezen op tot bijna 2 procent. De FTSE in Londen ging 0,6 procent omlaag.
Ahold (plus 0,9 procent) was de enige winnaar onder de 25 hoofdfondsen in de AEX. Verzekeraar Aegon, die dinsdag al ruim 8 procent aan beurswaarde zag verdampen, stond met een min van 4,2 procent opnieuw onderaan. In de financiële sector leverden ABN AMRO, NN en ING daarnaast tussen 2 en 2,4 procent in.
Ook elders in Europa bleven bank- en verzekeringsaandelen onder druk staan. Zo leverde Caixabank in Madrid 2 procent in, nadat de bank voor een stevige afschrijving op hypotheekleningen had gewaarschuwd. In Frankfurt werden Deutsche Bank en Commerzbank 4 tot 6 procent minder waard. In Londen verloor Royal Bank of Scotland 4 procent.
De verliezen bleven echter duidelijk niet beperkt tot de financiële sector. Zo hielden in de AEX alleen de informatieleveranciers RELX en Wolters Kluwer de schade beperkt tot een verlies van minder dan 1 procent. Uitzender Randstad zakte ruim 4 procent. In totaal gingen negen hoofdfondsen 2 tot 3 procent onderuit.
Tienjaarsrente in de min
De vlucht uit aandelen werd weerspiegeld in de aanhoudende run op veilig geachte staatsobligaties. Daarbij zakte het rendement op tienjarige Nederlandse staatsobligaties voor het eerst in de historie kortstondig tot onder 0 procent.
Het effectieve rendement op Nederlandse staatsleningen met een looptijd van tien jaar zakte rond 11.10 uur naar min 0,005 procent. Daarmee was voor het eerst sprake van een zogeheten negatieve rente, wat aangeeft dat beleggers meer betalen voor de obligatie dan ze de komende jaren aan inkomsten op de vaste rentebetalingen over de lening mogen verwachten.
Vlak na de dip herstelde het rendement heel licht, naar net iets meer dan 0 procent. Het rendement en de waarde van een obligatie bewegen tegengesteld. Een dalend rendement wijst op een stijgende waarde en een toenemende vraag naar het schuldpapier.
De obligatierentes staan wereldwijd al tijden onder druk door de zwakke economische groei, de hoge besparingen en het opkoopprogramma van de ECB. Sinds de Britse stem voor de brexit staat de Duitse tienjaarsrente ook onder nul. Die zakte woensdag naar het historische dieptepunt van min 0,2 procent.
Buiten de eurozone staan ook de Amerikaanse en Britse rentes op ongekend lage niveaus, terwijl het rendement op alle Zwitserse staatsleningen, tot en met die van 50 jaar, negatief is.
De lage rente maakt het zeer goedkoop voor overheden om geld te lenen. Tegelijkertijd zet het de financiële positie van bijvoorbeeld pensioenfondsen en verzekeraars sterk onder druk.
De vergelijkbare Duitse rente bedraagt nu min 0,2 procent.
Britse Pond
Het Britse pond herstelde enigszins van de diepe val van eerder op de dag. Met 1,2940 dollar schommelde de Britse munt echter nog altijd rond het laagste niveau van de afgelopen decennia. De euro werd voor 1,1055 dollar verhandeld, tegen 1,1093 dollar bij het slot van de Europese beurzen op dinsdag.
De olieprijs ging verder omlaag, na de stevige daling van dinsdag. Amerikaanse olie werd 0,6 procent goedkoper bij 46,32 dollar per vat. De prijs van Brent daalde 0,8 procent naar 47,60 dollar per vat.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl