Dit meldt de Amerikaanse zakenkrant The Wall Street Journal vrijdag op basis
van anonieme bronnen.
Volgens de krant zou Dell de meeste – en liefst alle – fabrieken binnen
achttien maanden willen verkopen. Sluiting wordt ook niet uitgesloten. Het
computerbedrijf is van plan vervolgens contracten af te sluiten met
fabrikanten om zijn pc’s te laten maken.
Op zich is produceren door derden niets nieuws voor Dell. De printers
van het bedrijf worden evenmin door Dell gemaakt. Hier wordt Lexmark voor
ingehuurd.
Maar het plan geeft wel aan hoeveel moeite Dell moet doen om zijn pc-business
competitief te houden. Het bedrijf heeft jarenlang geprofiteerd van een
efficiënt, gestandaardiseerd en mager productieproces. Door uitsluitend
direct aan klanten te verkopen, dus niet via winkels, kon Dell goedkoper
zijn dan de competitie. Pas als een klant iets bestelde, werd de computer
gebouwd. Daardoor was er geen voorraad en werd de cashflow geoptimaliseerd.
Maar de laatste tijd werd het bedrijf voorbij gestoven door
concurrenten die dankzij outsourcing flexibeler en goedkoper konden
opereren. HP bouwt nog maar de helft van zijn laptops zelf.
Een ander probleem voor Dell is dat veel van diens fabrieken nog in Amerika
staan. Productie is hier een stuk duurder dan in bijvoorbeeld China,
waardoor de concurrentiepositie verslechterde. En omdat de fabrieken
relatief duur zijn, zal het lastig blijken deze te verkopen.
Het terugbrengen van de kosten en het verkopen van fabrieken, moet Dell
de financiële ruimte geven om weer marktaandeel in de competitieve pc-markt
terug te winnen. Het bedrijf was een tijd de grootste computerfabrikant ter
wereld. Nu is HP weer nummer één en wordt Dell op de hielen gezeten door het
Taiwanese Acer.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl