De aandrijving bij de turboprops, ofwel propeller- of schroefturbinemotor,
vindt op dezelfde manier plaats als bij straalvliegtuigen. Alleen wordt bij
een turboprop de propeller aangedreven door mechanische energie. Er is dus
geen sprake van straalvoortstuwing.

Wereldberoemd op dat gebied is Fokker, vanwege zijn Fokker 50. Kleine
propellertoestellen die vandaag de dag een brandstofbesparende uitkomst zijn
voor de korte afstandsvluchten. Airlines stonden in de rij voor de Fokker
50. SAS, Austrian Airlines, Luxair en Aer Lingus zijn daarvan slechts een
paar voorbeelden.

De markt voor propellervliegtuigen groeit sinds twee jaar duidelijk. De
toenemende verkoop van dit soort lichte toestellen is onder meer goed
zichtbaar bij ATR, de Frans-Italiaanse joint venture van EADS en Alenia
Aeronautica.

ATR ziet brood in die ‘Fokker-markt’. Het bedrijf liet onlangs tijdens
de airshow in Farnborough weten in het eerste halfjaar van 2008 een order te
hebben uitstaan voor de levering van zestig propellertoestellen. ATR
verwacht over dit jaar een omzet te realiseren van meer dan 1,3 miljard
dollar.

"Ook 2007 was een goed jaar voor ATR. Het bedrijf verkoopt normaal
gesproken slechts mondjesmaat toestellen, maar presteert nu buitengewoon goed",
laat een woordvoerder van het Nederlands Instituut voor
Vliegtuigontwikkeling en Ruimtevaart (NIVR) weten.

ATR zegt daarbij te werken aan de bouw van een nieuw propellertoestel dat
negentig tot honderd personen kan vervoeren. Een indicatie dat het bedrijf
inspeelt op een toenemende vraag naar dit soort vliegtuigen.

De in Europa ingezette vliegtuigen met propellermotoren zijn doorgaans
van Fokker, Bombardier en ATR. Toestellen die tussen vijftig en negentig
passagiers kunnen vervoeren. KLM en VLM vliegen er bijvoorbeeld mee naar
Londen, Manchester, Antwerpen en Parijs.

"Turboprops hebben dezelfde levensduur en vragen hetzelfde onderhoud als
straalvliegtuigen. Maar ze zijn inderdaad wel een stuk brandstofzuiniger",
stelt het NIVR.

Propellertoestellen gaan langzamer dan straalvliegtuigen. "Zo kan een
turboprop een snelheid van 400 tot 500 kilometer per uur bereiken, terwijl
een straalvliegtuig moeiteloos 700 tot 800 kilometer per uur haalt",
aldus de woordvoerder. Een turboprop wordt daarom ook niet ingezet voor
lange afstanden, bijvoorbeeld naar het Verre Oosten. "Dat is niet
rendabel."

Het gebruiken van turboprops is ideaal voor de korte afstanden. "Deze
toestellen vliegen ook minder hoog en dat geeft ze weer een kleine tijdwinst
in het begin. En het gaat voornamelijk om 'cityhoppers' die niet langer dan
twee uur in de lucht hangen. Het uiteindelijke tijdsverlies in vergelijking
met een straalvliegtuig op dezelfde route is dan heel beperkt", aldus
de medewerker van NIVR.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl