De schrik zit er in bij de Nederlandse consument. Net als in september kwam de
index voor het consumentenvertrouwen in oktober uit op min één. Er zijn dus
nog steeds meer pessimisten dan optimisten in Nederland.
Tenminste, zo presenteert het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
de cijfers. Achter de index gaat een andere waarheid schuil: de consument
kijkt met meer vertrouwen de toekomst in.
Bij het meten van het consumentenvertrouwen stelt het CBS vragen over verleden
en toekomst. Er zijn vragen over de economische situatie en de eigen
financiële situatie in het afgelopen en in het komende jaar.
Pluis de antwoorden op die afzonderlijke vragen uit, en het blijkt dat de
consument vooral over het verleden pessimistisch is. De economische situatie
in de komende twaalf maanden ziet de gemiddelde Nederlander juist minder
negatief in dan een maand geleden. Over de eigen financiële situatie is het
pessimisme van september zelfs omgeslagen is optimisme. Vorige maand
verwachte een meerderheid er volgend jaar op achteruit te gaan. Nu denkt een
(kleine) meerderheid dat de huishoudportemonnee beter gevuld zal zijn.
Het koopkrachtoffensief van Wouter Bos heeft gewerkt. Op Prinsjesdag
kondigde de minister van Financiën een indrukwekkend pakket aan
koopkrachtreparaties aan dat de angstige Nederlander blijkbaar gerust heeft
gesteld.
Bovendien zijn de apocalyptische voorspellingen over de gevolgen van de
kredietcrisis niet uitgekomen. De beurs is opgekrabbeld, de werkgelegenheid
groeit stevig door en de FNV heeft de looneis verhoogd naar drie procent.
Als er geen rampen gebeuren zal het optimisme onder consumenten deze winter
alleen maar verder toenemen.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl