Het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie zijn opnieuw geen meter opgeschoten in de onderhandelingen over hun handelsrelatie na de Brexit.

De Britten zijn 1 februari al uit de EU gestapt maar er geldt nog tot 31 december een overgangsperiode waarin de EU-handelsregels gelden.

EU-hoofdonderhandelaar Michel Barnier zei dat voor eind oktober een akkoord moet worden bereikt om alles technisch en juridisch goed af te kunnen ronden.

Hij ziet echter weinig ‘ambitie’ bij de Britten om snel tot een akkoord te komen. Barniers tegenhanger David Frost wijt de EU op zijn beurt starheid in de opstelling bij het onderwerp visserij.

Er zit nog steeds geen schot in de onderhandelingen tussen de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk over een handelsverdrag per 1 januari 2021.

De zevende onderhandelingsronde in Brussel heeft niet tot voldoende vooruitgang geleid, zei EU-hoofdonderhandelaar Michel Barnier na afloop. “Ik ben teleurgesteld en bezorgd”, aldus de Fransman.

De teams van de EU en de Britten waren na een korte zomerstop deze week weer aan het werk gegaan. Een akkoord moet uiterlijk voor eind oktober zijn bereikt om het technisch en juridisch tijdig te kunnen afronden, waarschuwde Barnier. Zo moet het Europees Parlement het verdrag goedkeuren.

Barnier zei “verbaasd” te zijn over het gebrek aan ambitie aan Britse zijde omdat premier Boris Johnson in juni nog had gezegd dat het tempo van de onderhandelingen over de fundamentele onderwerpen, waaronder de visserij en het toezicht op de afspraken, zouden worden opgevoerd.

Hij zei deze maand wel veel contact met zijn Britse tegenhanger David Frost te hebben gehad. Het onderhandelingsschema loopt vooralsnog tot begin oktober.

In een verklaring zei Frost dat een akkoord "nog steeds mogelijk en ons doel is, maar het is duidelijk dat dit niet gemakkelijk bereikt zal worden." Hij noemde de discussies "nuttig", maar erkent dat er "weinig vooruitgang is geboekt."

Frost wijt dat aan de opstelling van de EU over staatssteunregels en de visserij. "Brussel staat erop dat we het hierover eens worden voordat we andere substantiële onderwerpen afhandelen. Dat maakt het onnodig moeilijk om vooruit te komen."

Na zes rondes is duidelijk dat er meningsverschillen zijn

De Britten zijn sinds 1 februari uit de EU maar er geldt tot 31 december een overgangsperiode waarin Londen de EU-regels nog volgt en er wordt gepoogd een handelsverdrag te sluiten voor de periode daarna. De eerste zes rondes brachten de partijen niet veel verder dan de vaststelling dat er aanzienlijke meningsverschillen zijn.

Op tafel liggen onder meer investeringen, de handel in goederen en diensten, de rol van het Europees Hof van Justitie en het toezicht op de afspraken en geschillenbeslechting. Ook over sociale zekerheid, politie- en justitiesamenwerking en transport wordt gesproken.

Groot obstakel vormt onder meer het voorstel van de Britten om hun truckers het recht op toegang tot de Europese Unie te verlenen. Hierbij zouden ze de EU mogen doorkruisen op weg naar bijvoorbeeld Turkije en een beperkt aantal stops mogen maken en enkele vrachten mogen lossen binnen de Unie.

De EU ziet dat echter niet zitten omdat het voorstel nauwelijks afwijkt van de huidige afspraken over chauffeurs en te veel lijkt op een gemeenschappelijk markt. De EU geeft geen duimbreed toe, mogelijk met het idee dat de Britten wel bewegen aangezien de deadline nadert. Maar het VK lijkt vooralsnog geen concessies te willen doen.

LEES OOK: Nieuw obstakel bij Brexit-onderhandelingen: Britten willen dat hun truckers toegang krijgen tot de EU en daar heeft Europa geen zin in