Het Britse vertrek uit de Europese Unie, de zogeheten Brexit, komt mogelijk een jaar later dan verwacht. Dat hebben kabinetsleden volgens de krant The Times gezegd tegen hoge figuren in de financiële wereld in Londen.
De Britse premier Theresa May zou in januari het Europese artikel 50 in werking stellen, waarmee twee jaar van onderhandelingen van start zouden gaan. Omdat haar nieuwe ministeries voor de brexit en internationale handel dan nog niet klaar zouden zijn, ziet ze zich mogelijk gedwongen tot uitstel. Daarnaast zouden ook de verkiezingen in Duitsland en Frankrijk ervoor zorgen dat de brexitgesprekken op de lange baan worden geschoven.
Frankrijk kiest in april en mei een nieuwe president, terwijl Duitsland in september Bondsdagverkiezingen houdt.
Het ministerie dat zich speciaal met de brexit gaat bezighouden, werd na het referendum in juni opgericht. De verantwoordelijk minister, David Davis, heeft nog maar de helft van zijn benodigde staf gevonden.
Ook het ministerie voor internationale handel onder leiding van Liam Fox heeft moeite geschikt personeel te vinden. Omdat Londen de internationale onderhandelingen tientallen jaren aan Brussel heeft overgelaten, zijn er maar weinig ervaren Britse onderhandelaars.
EU-subsidies
Eerder dit weekend werd bekend dat de Britse regering na de uittreding van Groot-Brittannië uit de Europese Unie voorlopig de uitbetaling van EU-subsidies aan onder andere Britse boeren en wetenschappers overneemt. Dat gaat de schatkist ongeveer 4,5 miljard pond (5,2 miljard euro) kosten, meldde de BBC.
Londen springt in de bres tot 2020, maakte minister van Financiën Philip Hammond bekend. De maatregel moet de Britten zekerheid bieden in de aanloop naar het vertrek van hun land uit de EU, zei hij.
Schotland, Wales en Noord-Ierland, die veel Brusselse subsidies opstrijken, vinden de handreiking uit Londen niet genoeg.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl