De Stichting die de belangen van de overheid in staatsbanken- en verzekeraars behartigt, heeft zakenbank Goldman Sachs gepasseerd bij de selectie van banken die de beursgang van ABN Amro mogen begeleiden.
Dat blijkt uit bekendmaking van NFLI van woensdag, waarin de Stichting de complete club van banken noemt die als bemiddelaars optreden om aandelen ABN Amro bij beleggers te slijten.
De beursgang van staatsbank ABN Amro vindt waarschijnlijk eind dit jaar of begin 2016 plaats. De belangrijkste coöordinatoren zijn ABN Amro zelf, Deutsche Bank en Morgan Stanley. Daarnaast zijn er zes partijen die een kleinere rol krijgen: ING, Rabobank, Barclays, Citigroup, JP Morgan en Merrill Lynch.
“NLFI heeft hoge eisen gesteld aan de kwaliteit van de bookrunners en co-lead managers zakenbanken. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om hoge kennis- en ervaringseisen op het gebied van grote effectentransacties, zogenoemde Equity Capital Market (ECM)-transacties, zoals beursintroducties”, zo meldt de Stichting.
Ook moeten banken “een beloningsbeleid hebben dat voldoet aan de Europese normen”en moeten ze voldoen aan “internationale sociale standaarden” en zich “onvoorwaardelijk conformeren aan de door NLFI opgestelde contracten.” Goldman Sachs, de belangrijkste zakenbank van Wall Street, is hierbij buiten de boot gevallen.
Goldman Sachs niet bij begeleiders beursgang ABN Amro
Goldman Sachs wist als één van de weinig grote banken op Wall Street de financiële storm van 2008 en 2009 zonder grote kleerscheuren te doorstaan. Maar de bank kreeg ook veel kritiek en wordt door sommigen gezien als exemplarisch voorbeeld van bankierspraktijken die hebben bijgedragen aan het ontstaan van de kredietcrisis.
Gelet op het ongeëvenaarde netwerk van Goldman in de financiële wereld, lijkt het uitsluiten van de bank bij de beursgang van ABN Amro mede ingegeven door ethische redenen. Het lastige daarbij is wel dat er op vrijwel alle grote banken iets aan te merken valt, als het gaat over hun gedrag tijdens de kredietcrisis.
Zo vormt het Libor-schandaal, waarbij banken belangrijke rentetarieven manipuleerden, een grote smet op het blazoen van Rabobank; en ook ING raakte tijdens de kredietcrisis in de problemen door beleggingen in een portefeuille met Amerikaanse hypotheken die dicht tegen de zogenoemde 'subprime'-categorie zaten. De staat moest hierdoor bijspringen.
Pot van 4,5 miljoen euro voor zakenbanken
Wat betreft de pot die banken kunnen verdelen bij het begeleiden van de beursgang van ABN Amro, heeft de staatsstichting NLFI de volgende voorwaarden gesteld. Er is geen vaste basiscommissie; voor reiskosten en andere uitgaven geldt een maximum van 50 duizend euro en juridische kosten worden niet vergoed. Na afloop mogen alle banken samen een pot van maximaal 4,5 miljoen euro verdelen.
In de periode direct na het beursdebuut hebben de zakenbanken een rol bij het stabiliseren van de koers van het aandeel ABN Amro. Daarvoor krijgen ze een kostenvergoeding van maximaal 0,2 procent van de waarde van de verhandelde certificaten. Eventuele verliezen zijn voor rekening van de zakenbanken, winsten die bij deze handel gemaakt worden komen ten goede aan de Nederlandse staat.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl