Bij complexe financiële keuzes heeft ons brein de neiging om dilemma’s te vereenvoudigen.

Als belegger en consument moet je je bewust zijn van pyschologische valkuilen, als je fouten bij financiële beslissingen wilt vermijden.

Verkopers maken vaak gebruik van psychologische trucs om aankoopbeslissingen te beïnvloeden.

Eén haar in je soep is veel en één haar op je hoofd is weinig. Het is maar hoe je naar dingen kijkt of waar je iets mee vergelijkt. En dat gaat ook op voor geldzaken en beleggingen.

Het nemen van rationele, weloverwogen financiële beslissingen kost onze hersenen veel energie. Onze hersenen zijn efficiënt en springen over het algemeen zuinig om met energie.

Bij snelle en ingewikkelde keuzes maakt ons brein vaak gebruik van eenvoudige vuistregels, of shortcuts, veelal gebaseerd op eerdere ervaringen. Deze vereenvoudigingen leiden echter vaak tot fouten en irrationele beslissingen die nadelig kunnen zijn voor je financiën.

Ook de manier waarop informatie of cijfers worden gepresenteerd, kan je brein op het verkeerde been zetten. Hieronder bespreken we een aantal van deze valkuilen, waardoor je verkeerde keuzes in de toekomst kunt voorkomen.

Het anker: de prijs die je (onbewust) als referentie gebruikt

Een bekend verschijnsel uit de behavorial finance is ‘anchoring’ ofwel het anker. De psychologen Daniel Kahneman en Amos Tversky ontdekten dat mensen bij hun oordeel over een prijs of getal (onbewust) vasthouden aan een prijs of getal dat men kent of eerder heeft gehoord: het zogenaamde anker.

Zo tref je in luxe warenhuizen of winkels soms extreem dure items aan waaraan je je kunt vergapen. Je bent niet van plan die dure tas van 20.000 euro te kopen, maar nu lijkt die tas van 1.500 euro ineens redelijk geprijsd.

Een mooi voorbeeld met beleggen is de stand van de AEX-index. Alhoewel bijna 20 jaar geleden de hoogste stand ooit van 700 punten werd bereikt, spreek ik nog geregeld mensen die naar deze stand refereren als ze onzeker zijn of het nu een geschikt instapmoment is op de beurs.

Dat het oude piekniveau van de AEX niet relevant is, komt door het feit dat de samenstelling van deze index de afgelopen 20 jaar is veranderd, maar belangrijker nog: de standaardversie van de AEX-index is geen herbeleggingsindex (dividenden worden niet geherinvesteerd, dat gebeurt alleen bij een speciale herbeleggingsvariant van de AEX).

Zouden dividenden van de 'gewone' AEX wel geherinvesteerd zijn, dan staan we alweer ver boven de hoogste stand ooit.  

Hoe dan ook, de stand uit het verleden zegt niets over de toekomst.

Framing: perspectief maakt uit

Hoe informatie aan ons wordt gepresenteerd zet ons vaak op het verkeerde been. Afhankelijk van de formulering, positief of negatief, kan dit je beslissing beïnvloeden. Dit noemt men in de economische gedragswetenschap ‘framing’.

Zo klinkt de zin “de winst per aandeel bedroeg 1,10 euro en overtrof de verwachtingen van analisten” totaal anders dan de zin “de winst per aandeel bedroeg 1,10 euro, een daling van 5 procent ten opzichte van hetzelfde kwartaal vorig jaar.” Dit terwijl het feit van een winst van 1,10 euro per aandeel exact gelijk is.

Ook de manier waarop de beleggingsresultaten van vermogensbeheerders, beleggingsfondsen of andere financiële producten worden gepresenteerd kan je mening beïnvloeden.

Afhankelijk van de periode die men neemt, kunnen gemiddeld behaalde resultaten en grafieken een totaal ander beeld schetsen. De verwachtingen van beleggers groeien sowieso tot onrealistische hoogtes na een aantal goede beursjaren. Na beursjaren met meer dan 20 procent rendement per jaar, wordt een beursjaar met 5 procent rendement als teleurstellend ervaren.

Korting: absoluut en relatief

Dat alles relatief is, komt vooral ook tot uiting bij het verkrijgen van korting. Stel je besluit een woonboulevard te bezoeken voor een nieuw bed en een televisie. De televisie kost in de eerste winkel die je bezoekt 400 euro. Even later tref je dezelfde televisie aan voor 500 euro. Wat doe je?

Het bed wat je wilt hebben kost 4.000 euro. Tijdens het gesprek met de verkoper zie je op je telefoon dat elders hetzelfde bed 3.900 euro kost. Wat doe je nu?

Veel mensen zullen voor de televisie teruggaan naar de eerste winkel, hier valt tenslotte een korting van 20 procent te behalen, terwijl in het geval van het bed de korting 2,5 procent is. Echter in beide gevallen betreft de absolute korting 100 euro.

Wie fouten of irrationele keuzes wil voorkomen, zal dus vooral de tijd moeten nemen voor een belangrijke financiële beslissing en het rationele deel van zijn brein aanspreken.

Kijk vooral naar de feiten die gepresenteerd worden zonder de mening van de boodschapper. Die heeft namelijk vaak een achterliggend doel of gekleurde mening.  

Ralf op de Weegh is oprichter en managing partner van BeSmart Vermogensbeheer. Deze column is niet bedoeld als individueel advies tot het doen van beleggingen. De auteur bezit voor eigen rekening posities in ETFs.

LEES OOK: Deze vuistregel moet je niet vergeten, als je belegt voor de lange termijn en zelf pensioen opbouwt