Het decreet van de paus volgt drie maanden nadat het Openbaar Ministerie in Italië een onderzoek is begonnen naar omvangrijke witwaspraktijken door twee bestuurders van het IOR. Het onderzoek concentreert zich op twee dubieuze overschrijvingen vorig jaar. In het ene geval gaat het om 20 miljoen euro, dat naar een Duitse vestiging van de Amerikaanse bank J.P. Morgan is overgeschreven. Een bedrag van 3 miljoen euro ging naar de Italiaanse Banca del Fucino.

Woensdag maakte het Vaticaan al bekend dat de paus het decreet zou uitvaardigen. In het Vaticaan ontstaat nu een situatie die te vergelijken is met die in andere Europese landen, waar centrale banken toezicht uitoefenen op de banken.

Ettore Gotti Tedeschi

Het IOR beheert de rekeningen van de katholieke ordes en congregaties en katholieke instellingen. De bank benoemde in september vorig jaar Ettore Gotti Tedeschi tot topman. Hij kwam van de Spaanse bank Santander. Zijn benoeming werd gezien als een poging van de leiding van de RK-Kerk om het IOR transparanter te maken.

De Vaticaanse bank kwam in 1982 door een schandaal in het nieuws. Topman en aartsbisschop Paul Marcinkus uit de Verenigde Staten werd toen aangeklaagd voor zijn rol bij het faillissement van de Banco Ambrosiano, toentertijd de grootste particuliere bank van Italië. Twee hoge functionarissen van de Banco Ambrosiano, onder wie Roberto Calvi, werden vermoord. De politie trof het lichaam van Calvi hangend onder een brug in Londen aan.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl