Dat blijkt uit de dinsdag gepubliceerde Armoedemonitor 2007 van het Sociaal en
Cultureel Planbureau (SCP) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Net als vorig jaar voorspellen de onderzoeksinstellingen voor de komende
jaren een daling van het aantal mensen dat in armoede leeft. Maar rondkomen
met een laag inkomen gaat wel moeizamer.
Van de ruim 6,6 miljoen huishoudens in 2005 hadden er iets meer dan 660
duizend, ofwel 10 procent, een laag inkomen. Naar verwachting is dat in 2008
gedaald naar 476 duizend huishoudens (7,9 procent). Het meest kwestbaar voor
armoede zijn mensen met een bijstandsuitkering, niet-westerse allochtonen en
eenoudergezinnen met minderjarige kinderen.
Bijna twee derde van de lage inkomens zegt geen geld te hebben om
versleten meubels te vervangen. Ook kan meer dan de helft het zich niet
veroorloven een week op vakantie te gaan. Ruim een op de tien arme
huishoudens heeft te weinig geld voor het verwarmen van het huis of voor om
de dag een warme maaltijd.
Van de circa 3,4 miljoen kinderen onder de 18 jaar in 2005 leefden er 310
duizend (9,1 procent) in een gezin met een laag inkomen. Bovendien groeide
ruim een op de twintig kinderen (185 duizend) op in een huishouden met net
genoeg geld voor de basisbehoeften (770 euro netto per maand voor een
alleenstaande).
Veel van de gezinnen zeggen ook onvoldoende geld te hebben voor uitgaven die
voor kinderen belangrijk zijn. Ruim twee derde kan niet op vakantie. Drie op
de tien gezinnen kan niet dagelijks een warme maaltijd op tafel zetten. Vier
op de tien kan zich geen internet veroorloven, terwijl ongeveer een derde
van de kinderen geen lid is van een sportclub of vereniging.
Verder telt ons land 175 duizend werkende armen in een baan van ten
minste 24 uur per week. Zes op de tien van hen is aan de slag als
zelfstandig ondernemer. De meeste werkende armen kunnen ook moeilijk hun
inkomenspositie verbeteren door meer te gaan werken, want 128 duizend van
hen hebben al een voltijdsbaan.
De zogeheten armoedeval blijkt overigens weinig mensen af te schrikken om te
gaan werken. Het dreigende verlies van bijvoorbeeld huursubsidie heeft
nauwelijks invloed op het zoeken naar en vinden van een baan door werklozen.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl