- Amerikaanse olieprijzen zijn gedaald tot onder de 60 dollar per vast en dat zet Amerikaanse schalieolieproducenten onder druk
- Adviesbureau Kpler verwacht dit jaar al een piek in de productie van schalieolie in de VS.
- De landenclub OPEC+ voert concurrentie op met forse verhoging van het olie-aanbod in de wereld.
- Lees ook: OPEC+ besluit om oliekraan verder open te zetten: dat kan gunstig zijn voor benzineprijs
De Amerikaanse olieproductie groeit minder hard dan eerder werd voorspeld en kan dit jaar al pieken. Dat verwacht adviesbureau Kpler, zo meldt Oilprice.com. De reden: de prijs voor Amerikaanse olie is gezakt tot onder de 60 dollar per vat, het niveau waarop veel Amerikaanse schalieputten nauwelijks nog rendabel zijn.
De prijs van het Amerikaanse WTI-ruwe oliecontract staat rond de 57 dollar, mede door zorgen over een recessie en een onverwachte productie-uitbreiding van de landenclub OPEC+. Die besloot afgelopen weekend de gezamenlijke productie te verhogen met 411.000 vaten per dag, bijna drie keer zoveel als eerder aangekondigd.
“Nu WTI, de belangrijkste Amerikaanse benchmark, in de buurt komt van het break-evenpunt voor nieuwe putten, zullen producenten waarschijnlijk minder gaan boren”, schrijven analisten van Kpler in een nieuw rapport over de Amerikaanse schalieolie-industrie.
‘Drill, baby, drill’ maakt plaats voor voorzichtigheid
Kpler heeft zijn verwachtingen voor de groei van de Amerikaanse olieproductie in 2025 en 2026 verlaagd met 120.000 vaten per dag, waardoor de groei nog 170.000 vaten per dag bedraagt. “Lagere prijzen dreigen de schalieproductie af te remmen,” aldus de energiespecialist. De Amerikaanse productie piekt naar verwachting in de loop van 2025 om daarna geleidelijk te dalen.
De agressieve aanbodstrategie van landenclub OPEC+ zet volgens Kpler druk op Amerikaanse producenten. “De groei in de Amerikaanse schaliesector vertraagt en de olieproductie in de VS zal dit jaar zijn piek bereiken,” stelt het adviesbureau.
Kortom: waar de Amerikaanse president Donald Trump had ingezet op ‘drill, baby, drill’, lijkt dat vooruitzicht een stuk minder zeker voor Amerikaanse olieproducenten.