Toen Jared Fisher ontdekte dat zijn belangrijkste leverancier van elektrische fietsen de prijzen met 10 procent ging verhogen, stond hij voor een dilemma: zelf de kosten dragen of deze doorberekenen aan zijn klanten.

“Bezuinig je 10 procent op de marge van een fiets, dan kun je net zo goed een exitstrategie voor je bedrijf opstellen, want zo kun je geen bedrijf runnen,” zegt Fisher, die verschillende fietsenwinkels in de staten Nevada en Utah bestiert, tegen Business Insider. “Dat is onmogelijk.”

In plaats van het bedrag zelf op te hoesten, koos Fisher ervoor eerlijk te zijn tegen zijn klanten over de reden van de prijsverhogingen. Op de prijskaartjes van de fietsen in zijn winkel is een nieuwe regel toegevoegd. Voor iedere fiets die hij voor 7.999 dollar verkoopt, staat daar nu een extra 300 dollar aan “Government Tariff Charge” bij.

“Ik zie er geen probleem in om op mijn producten te vermelden waar deze belasting vandaan komt,” zegt de ondernemer. “Mensen moeten daarvan op de hoogte zijn, zodat ik een kans krijg om voor mezelf op te komen.”

De Amerikaanse president Donald Trump kwam op 2 april met een basistarief van 10 procent voor alle geïmporteerde goederen in de VS. Ook kwamen er extra heffingen voor tientallen handelspartners. Waar de meeste van deze heffingen, met uitzondering van die van China, momenteel in de pauzestand staan, is het ingrijpende basistarief van 10 procent wel geldig in de VS. De prijzen beginnen dan ook te stijgen.

Bedrijven gedwongen kosten door te berekenen

Van winkeliers tot kleine online bedrijven, velen vertelden Business Insider dat zij door de heffingen gedwongen worden om de kosten door te berekenen aan de consument. En dat doen ze niet omdat ze dat zo graag willen.

Kleine bedrijven hebben niet dezelfde onderhandelingsmacht met leveranciers of cashflow als de grotere Amerikaanse retailers zoals Walmart dat hebben. Leveranciers in sommige productiecentra zoals China zien hun marges op hun beurt ook steeds verder verdampen door de schok van de heffingen.

“Kleine bedrijven dreigen failliet te gaan door deze hoge heffingen”, zegt Peter Cohan, universitair hoofddocent management aan het Babson College en durfkapitalist. ”Ze proberen daarom het vertrouwen van hun klanten te behouden, door heel transparant te zijn over waarom ze de prijzen verhogen.

“Wellicht verliezen ze klanten door de hogere heffingen, maar transparant zijn zal in ieder geval helpen om de schade te beperken,” zegt Cohan.

Ook grotere bedrijven hebben een dergelijke strategie van transparantie overwogen. Toen er berichten circuleerden dat Amazon bij producten op zijn site weer wil geven hoeveel de heffingen bijdragen aan de totaalprijs, brak al snel de hel los. Perschef Karoline Leavitt van het Witte Huis betitelde het idee als een “vijandige en politieke daad”. De e-commercegigant ontkende daarop grotendeels het plan.

Shein en Temu op de pijnbank

De Chinese fast-fashiongiganten Shein en Temu kwamen op hun sites met vergelijkbare berichten als die van Amazon. Zij komen uit het land dat met een tarief van 145 procent het meest op de pijnbank zit. In de berichten van Shein en Temu staat dat er “prijsaanpassingen” aanstaande zijn omdat de “bedrijfskosten zijn gestegen” door “recente veranderingen in de wereldwijde handelsregels en -heffingen”.

Eind april begon Temu “invoerkosten” bij het afrekenen van producten toe te voegen. Hierdoor verdubbelt de prijs van veel artikelen. Temu begon deze maand producten die uit China werden verzonden voor Amerikaanse klanten te blokkeren. De site staat voor Amerikanen nu vol met producten die het label “lokaal” dragen. In feite liggen ze in een Amerikaans magazijn.

“Het direct weergeven van tariefkosten op productpagina's kan platforms zoals Shein en Temu strategische voordelen bieden,” zegt Nasim Mousavi, assistent-professor aan de Georgia State University Robinson College of Business. “Door heffingstarieven te specificeren, framen deze platforms prijsstijgingen als het resultaat van extern beleid in plaats van als hun eigen overwegingen.”

“Dit soort openheid kan meer vertrouwen opwekken bij klanten, een op waarden gebaseerd merkimago versterken en de perceptie doen wekken dat het platform voor de consument opkomt,” aldus Mousavi.

75 procent van de Amerikanen verwacht dat de heffingen van Trump de prijzen voor hun producten zullen verhogen, blijkt uit een enquête onder 1.850 Amerikaanse volwassenen, die tussen 2 en 5 mei is uitgevoerd door The Economist en YouGov. 61 procent ziet graag dat bedrijven aangeven hoeveel van de aankoopprijs toevloeit naar het betalen van de heffingen.

“Waarom het Witte Huis niet wil dat bedrijven de kosten van de heffingen laten zien, is - voor de hand liggend - omdat dan duidelijk wordt hoeveel hun beleid consumenten kost,” zegt Cohan. “De opiniepeilingen zullen erdoor naar beneden gaan, aangezien consumenten er extreem bewust door zullen worden hoeveel meer kosten ze maken en wie ervoor zorgt dat zij dat betalen."

LEES OOK: Trump kondigt handelsdeal met VK aan, maar er zijn nog veel losse eindjes