Google heeft iets te vieren: exact tien jaar geleden zette het internetbedrijf de stap naar de beurs. Zo groot als de wereld van Google nu is, zo klein was die in 2004, toen alles nog draaide om de zoekmachine.

Wat doet Google niet tegenwoordig? Naast de alom bekende zoekmachine biedt het bedrijf e-mail, kaarten, cloudopslag en andere internetdiensten aan. Het heeft twee eigen besturingssystemen in Android en Chrome OS en stopt daarnaast ook nog eens geld in vooruitstrevende projecten, zoals Google Glass, zelfrijdende auto’s en satellieten.

Maar het miljardenbedrijf dat Google nu is, begon ooit met een project aan de universiteit van Stanford. De jonge promovendus Larry Page sleutelt vanaf januari 1996 aan BackRub, een experimentele zoekmachine waarmee hij de doctorstitel hoopt te behalen. Al snel komt collega Sergey Brin hem helpen.

De twee blijken een gouden duo. Page is een visionair met wilde ideeën, Brin kan dat vertalen in wiskundige termen. Ze weten in een aantal jaar het promotieproject BackRub om te toveren in het miljardenbedrijf Google. Promoveren is er nooit van gekomen.

Beursgang Google

Op 19 augustus 2004 brengen Page en Brin hun kindje naar de beurs. En zoals met meer dingen kiest Google daarin zijn eigen weg. Het neemt geen zakenbank in de arm om de beursgang te begeleiden, maar veilt de aandelen. Daardoor krijgen zowel grote als kleine investeerders een kans.

Het risico bij een veiling is dat het bedrag dat je ophaalt niet van tevoren vastligt. Het kan hoger, maar ook lager uitvallen dan verwacht. Critici leken gelijk te krijgen toen Google door tegenvallende belangstelling de introductieprijs moest verlagen naar 85 dollar.

Tien jaar later heeft niemand het daar meer over. Na Apple en ExxonMobil is Google het waardevolste beursbedrijf ter wereld en heeft het wereldwijd ruim 52.000 werknemers, zesentwintig keer zoveel als in 2004.

Dat is logischerwijs een grote verandering. Maar er zijn meer zaken waarin het Google van nu in niets lijkt op het bedrijf dat tien jaar geleden naar de beurs ging. Drie voorbeelden.

1. Meer dan een zoekmachine

De kern van Google's initiële succes is de ijzersterke zoektechnologie. Google geeft bij de lancering in 1998 veruit de beste zoekresultaten op het ontluikende web. In plaats van te kijken op welke pagina de zoekterm het vaakst voorkomt, gebruikt de zoekmachine van Page en Brin een andere methode om sites te rangschikken. Google telt hoe vaak er naar een pagina wordt verwezen. Hoe vaker dat gebeurt, hoe belangrijker mensen de pagina vinden.

Bij de beursgang ziet Google zichzelf vooral als een zoekmachinebedrijf, getuige de uitlatingen van Page. Hij wil mensen zo snel mogelijk uit Google krijgen en doorsturen naar de juiste plek, zegt hij in een interview met Playboy in 2004. De beste zoekresultaten leveren en de gebruiker dienen is het voornaamste doel.

Anno 2014 krijgen gebruikers al lang niet meer een kale pagina met tien blauwe links als ze een zoekterm intikken. De eigen diensten van Google zijn prominent aanwezig. Zo krijg je bij het zoeken naar een restaurant Google-recensies te zien, ook al staan er meer commentaren op bijvoorbeeld Iens.nl. Bij locaties kun je bijna niet om Google Maps heen, en als je een hotel of vlucht zoekt, geeft Google zelf al een overzicht.

Google is in tien jaar tijd uitgegroeid van een zoekmachine tot een veelomvattend internetbedrijf. Met een keur aan diensten, van kantoorsoftware tot online opslag, infiltreert Google op zoveel mogelijk plekken in het leven van de internetgebruiker. En het gebruikt de zoekmachine om het verkeer naar de eigen producten aan te jagen.

Het uitrollen van eigen diensten en vergelijkers valt slecht bij bedrijven, die gezamenlijk miljarden euro's per jaar aan Google geven om met gesponsorde links hoog in de zoekresultaten te komen. Ook de Europese Unie is ontevreden en startte een onderzoek naar machtsmisbruik van Google. Dat wordt in september afgerond.

2. De opkomst van mobiel en Android

In de prospectus voor de beursgang werd slechts zes keer het woord 'mobiel' genoemd, turfde The Wall Street Journal. En 'het mobiele web' kreeg aanhalingstekens, omdat het nog een onbekende term was.

De wereld is in tien jaar tijd enorm veranderd. Simpele mobieltjes zijn vervangen door smartphones; het internet zit tegenwoordig in onze broekzak. Het 'desktopbedrijf' Google veranderde mee.

In 2005 koopt Google Android, een besturingssysteem dat in eerste instantie bedoeld was voor digitale camera's. Na drie jaar interne ontwikkeling verschijnt in oktober 2008 de eerste smartphone met Android op de markt, een jaar na de eerste iPhone van Apple.

Android is exact wat de onvolgroeide smartphonemarkt nodig heeft. Google stelt het systeem gratis beschikbaar aan fabrikanten, die een waar leger aan Android-telefoons de markt opslingeren, in alle prijsklassen. Eigenlijk precies wat Microsoft deed in de jaren tachtig met de pc en Windows. Het resultaat: in een razend tempo verdringt Android andere besturingssystemen van de markt.

Maar daar houdt de ambitie van Google niet op. De smartphone is steeds meer het brein van ons digitale leven, dat andere apparaten aanstuurt. Daarom wil Google ook smartwatches, tv's en auto's veroveren met zijn besturingssysteem. Er is zelfs al een koelkast die draait op Android.

Straks domineert Google wellicht niet alleen het internet met zijn diensten, ook in de huiskamer en keuken kom je de internetgigant tegen.

3. Van speeltuin naar volwassen bedrijf

Google is een eigenzinnig bedrijf met eigenzinnige oprichters. De techneuten Page en Brin hebben in de beginjaren onconventionele ideeën over hoe een succesvol bedrijf in elkaar steekt. Zo moeten werknemers gratis kunnen lunchen en een dag in de week aan hobbyprojecten kunnen werken.

De ideale organisatie is in hun ogen plat; programmeurs moeten hun werk kunnen doen en daarbij niet gehinderd worden door managers die niks van computers weten. Page voerde dit principe ver door: hij ontsloeg in de zomer van 2001 alle projectmanagers, ondanks hevige protesten van de werknemers.

Het bleek geen goede beslissing. Al snel werd de ervaren Eric Schmidt op aandringen van de aandeelhouders benoemd tot bestuursvoorzitter; hij stelde orde op zaken. Tien jaar lang stoomde Schmidt Larry Page klaar voor de positie van hoogste baas en in 2011 droeg hij uiteindelijk het stokje over.

Onder Page is er veel veranderd bij Google. De gratis lunch is er nog steeds, maar de 20 procent-regel, waarbij werknemers een vijfde van hun werktijd aan eigen projecten mogen knutselen, bestaat in de praktijk niet meer.

Bij de beursgang noemden de oprichters de 20 procent-regel nog cruciaal voor de innovatie binnen Google. Veel van Google’s huidige diensten zijn ontstaan uit hobbyprojecten, zoals e-maildienst Gmail en advertentieprogramma Adsense. Adsense is nu goed voor zo’n 25 procent van de jaarlijkse omzet.

Maar deze werkwijze past niet meer bij een volwassen bedrijf met meer dan 50.000 werknemers. Onder Page is een efficiëntieslag ingezet bij Google. De 41-jarige mede-oprichter bracht meer focus aan en sneed in de activiteiten van Google. Zo werden meerdere diensten uit de lucht gehaald, waaronder Google Reader.

Het schrappen van de hobbywerkdag betekent niet dat Google niet meer innoveert. Het geheime lab van Google X brengt nieuwe producten voort, waaronder een zelfrijdende autoGoogle Glass en een contactlens die via traanvocht de bloedsuikerspiegel meet. Ook wil Google via ballonnen en satellieten internet in afgelegen gebieden aanbieden.

Google is dan wel volwassen geworden, de ambitieuze plannen laten zien dat het concern geen doorsnee bedrijf is dat het kortetermijnbelang van aandeelhouders voorrang geeft. Google kijkt ver in de toekomst en gaat daarbij risicovolle projecten niet uit de weg.

Dat kondigde Larry Page tien jaar geleden al aan. "Wees niet verrast als we kleine weddenschappen plaatsen in gebieden die erg speculatief of vreemd lijken", schreef Page in de prospectus. "Naarmate de risico-rendementsverhouding toeneemt, zullen we in projecten stappen die verder van onze normale bedrijfsvoering liggen, met name als de initiële investering klein is."

Dat is gebleken. Google staat al lang niet meer synoniem voor de zoekmachine. Android, Google Glass, zelfrijdende auto's, satellieten en een reeks aan internetdiensten bewijzen dat de wereld van Google in tien jaar tijd aanzienlijk groter is geworden.