De Belastingdienst en opsporingsdienst FIOD willen dolgraag de verborgen miljoenen van Nederlanders op buitenlandse bankrekeningen opsporen. Daarvoor doen ze grootschalig onderzoek, waarbij ze meer dan honderd miljoen transacties van buitenlandse rekeningen hebben geanalyseerd.

Dat vertelt FIOD-directeur Hans van der Vlist donderdag aan NRC Handelsblad.

De Belastingdienst verzamelde van drie jaren alle betalingen die in Nederland zijn gedaan met buitenlandse bankpassen en filterde toeristen eruit. Vervolgens werden betalingen van duizend bankkaarten aangemerkt als verdacht, omdat het ging om opvallende of grote aankopen.

“Een auto, een duur horloge, of ze hebben grote bedragen gepind”, zegt Van der Vlist. “We weten nog niet wat op al die rekeningen staat.”

Omstreden methode

De gegevens van die duizend zijn doorgespeeld aan de FIOD, die er verder induikt. De identiteit van de personen is nog onbekend, maar daar kan de opsporingsdienst volgens de directeur achterkomen. De personen kunnen rekenen op een boete of zelfs vervolging.

De onderzoeksmethode is niet onomstreden. Er lopen nog strafzaken over, schrijft NRC. Ook andere manieren die de fiscus gebruikt om zwartspaarders te pakken, liggen onder vuur. Zo verloor de Belastingdienst begin dit jaar een rechtszaak van Nederlandse zwartspaarders over het gebruik van anonieme tipgevers. Omdat de fiscus de naam van de tipgever over de geheime tegoeden niet wilde vrijgeven, stelde het gerechtshof in Arnhem de spaarders in het gelijk gesteld en de belastingaanslagen vernietigd.

Boete voor zwartspaarders

De jacht op zwartspaarders is de afgelopen jaren toegenomen. De Belastingdienst heeft sinds 2002 zeker 8 miljard euro getraceerd bij zwartspaarders. Dat leverde de fiscus tot nu toe 1,6 miljard euro op dankzij naheffingen en boetes.

In 2002 werd de zogeheten inkeerregeling van kracht. Deze regeling is bedoeld voor mensen met veel spaargeld op een buitenlandse bankrekening die daarover geen belasting betalen. Wie zich alsnog meldt bij de Belastingdienst hoeft minder boete of soms zelfs geen boete te betalen over het zwarte geld.

Volgens NRC hebben tot nu 29.000 mensen van die regeling gebruik gemaakt. De afgelopen jaren is de regeling herhaaldelijk verlengd.

Sinds 1 juli 2014 kan de fiscus zwartspaarders een boete opleggen tussen de 30 procent en 300 procent van het verzwegen vermogen. Zie hier voor meer uitleg van de Belastingdienst. De boete varieert, afhankelijk van de situatie: zwartspaarders die zelf hun vermogen aanmelden, krijgen een lagere boete opgelegd, vergeleken met degenen die alsnog door de fiscus worden getraceerd.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl