De Chinese smartphonemaker ZTE hoeft voorlopig niet meer te rekenen op technologie uit de Verenigde Staten. Het Amerikaanse ministerie van Handel verbiedt Amerikaanse bedrijven de komende zeven jaar onderdelen te verkopen aan ZTE.

De sanctie heeft te maken met een eerdere zaak, waarin ZTE heeft toegegeven technologie en goederen aan Iran te hebben doorverkocht. Het bedrijf betaalde in die zaak een boete van 890 miljoen dollar. Ook moest worden opgetreden tegen het personeel dat in de fout was gegaan. Omdat ZTE daar onvoldoende werk van heeft gemaakt, is nu besloten tot dit handelsverbod.

Ook in het Verenigd Koninkrijk worden ZTE de duimschroeven aangedraaid. De Britse overheid heeft bedrijven in de telecomsector gewaarschuwd voor samenwerkingen met de Chinezen.

Het verbod kan flinke gevolgen hebben voor ZTE. Belangrijke onderdelen in de telefoons, zoals processors, zijn van Amerikaanse makelij.

De Amerikaanse ingreep kan er mogelijk ook voor zorgen dat handelsspanningen tussen de VS en China oplaaien. Beide landen sloegen elkaar de laatste tijd met importtarieven voor bepaalde producten om de oren.

Eerder werd het de Chinese smartphonemaker Huawei al lastig gemaakt op de Amerikaanse markt. Verschillende inlichtingendiensten in de VS lieten weten dat bedrijf als een gevaar voor de nationale veiligheid te zien. Die claim werd overigens niet onderbouwd, maar Amerikaanse providers en winkels deden Huawei-telefoons in de ban.