- Vliegen binnen Europa wordt de aankomende jaren flink duurder, volgens economen van ABN Amro.
- Dat komt door onder andere door de verhoogde vliegtaks, maar ook door veranderingen in de emissierechten voor CO2-uitstoot die de EU vanaf 2024 doorvoert.
- Luchtvaartmaatschappijen waarschuwen al langer voor de prijsstijgingen en stellen dat het geld niet gaat naar vergroening van de sector.
- Lees ook: Deze 10 dingen moet je altijd doen voordat je gaat vliegen, volgens een ex-stewardess
Vliegen binnen Europa wordt de aankomende jaren flink duurder, berekende ABN Amro. De bank stelt dat een vlucht naar bijvoorbeeld Barcelona ongeveer 47 euro meer zal gaan kosten dan in 2020 het geval was, toen waren er nog geen extra belastingen op tickets. Een paar dagen naar Athene kost de reiziger 56 euro meer.
Dat komt door meerdere oorzaken. Een daarvan is de verhoogde vliegtaks die de Nederlandse overheid kort geleden invoerde. Deze geldt voor alle vluchten die vanaf een Nederlandse luchthaven opstijgen is per 1 januari 2023 verhoogd van ongeveer 8 euro naar ongeveer 26 euro.
Daarbij komt ook dat de Europese Unie vanaf 2024 het systeem voor CO2-emissierechten op de schop neemt. In het huidige stelsel krijgen luchtvaartmaatschappijen deze rechten veelal gratis, maar vanaf volgend jaar is dat afgelopen en zal er stapsgewijs meer en meer betaald moeten worden om de rechten te behouden. Het doel van deze aanpassing is om de sector tegen 2030 zo’n 55 procent minder CO2 te laten uitstoten.
Ook moet het helpen om een gelijker speelveld voor alle andere vervoersmogelijkheden, zoals trein en bus, te creëren.
En er komen nog meer kosten aan, want in de periode tot 2030 wil de luchtvaart biobrandstof met kerosine gaan vermengen. Maar die brandstof is nog schaars en vele malen duurder.
Ook moeten ze meer havenbelasting aan Schiphol gaan betalen omdat de kosten voor het regelen van het vliegverkeer fors zijn gestegen de afgelopen jaren. En die kosten zullen vermoedelijk doorberekend gaan worden in de ticketprijzen.
Luchtvaartmaatschappijen niet blij met duurdere tickets
Luchtvaartmaatschappijen waarschuwen al langer voor de aankomende prijsstijgingen en zijn er niet allemaal even blij mee. Ze stellen dat de opbrengsten van de verhoging vooral in de schatkist van de staat verdwijnen, maar dat ze eigenlijk gebruikt zouden moeten worden voor het stimuleren van vergroening van de sector, schrijft De Telegraaf.
Maar de EU stelt juist dat dit het geval is. Het hoopt dat de maatschappijen investeren in nieuwere vliegtuigen, want daar zijn minder uitstootcertificaten voor nodig. De Europese Unie hoopt dan ook dat andere landen buiten de EU de maatregelen overnemen. In de VS wordt echter niet gewerkt met extra kosten voor vliegtickets maar krijgen luchtvaartmaatschappijen subsidies om te vergroenen, aldus de krant.
Ondanks het gemor vanuit de luchtvaartsector en de duurdere tickets, lijkt het er niet op dat de Nederlander minder gaat vliegen. Reisaanbieders stellen dat ze voor dit jaar nog geen vermindering in het aantal boekingen zien.
Ondanks de stijgingen van prijzen van vliegtickets door hogere milieuheffingen is het nog niet zo dat vliegtickets de echte prijs van CO2-uitstoot adequaat weerspiegelen. Volgens berekeningen Babette Porcelijn, afgestudeerd als industrieel ontwerper aan de TU Delft, zou je bijvoorbeeld voor retourtje Rome in totaal 95 euro aan CO2-compensatie moeten betalen via het planten van bomen.
Volgens de berekeningen van ABN AMRO wordt een retourtjes Rome door de hogere milieuheffingen bijna 48 euro duurder, fors minder nog dan de werkelijke milieukosten.
