Nieuwe internationale regels voor grootbanken kunnen zeer negatief uitpakken voor ABN Amro, Rabobank, ING en SNS Bank.

Sinds de kredietcrisis van 2008 zijn internationale toezichthouders bezig met maatregelen die banken beter bestand moeten maken tegen grote economische klappen.

Zo werkt de club van centrale banken in Bazel al jaren aan een nieuwe manier om te bepalen hoeveel geld bank opzij moeten zetten om de risico’s van hypotheekleningen te kunnen opvangen. De plannen zoals die er nu liggen, dreigen zeer negatief uit te pakken voor Nederlandse grootbanken.

De Nederlandse hypotheekmarkt is bijzonder, omdat hypotheekschulden relatief hoog zijn vergeleken met de woningwaarde. Anders gezegd: woningkopers hoeven relatief weinig eigen geld mee te brengen om een huis te kunnen kopen.

Nederlandse tophypotheek

De Nederlandse bankenlobby wijst erop dat de relatief hoge hypotheekschulden geen probleem zijn: voor de feitelijke hypotheekrisico’s moet je bijvoorbeeld ook rekening houden met het voordeel van de hypotheekrente-aftrek en dan valt het allemaal wel mee met de risico’s van Nederlandse hypotheken. Bovendien is het aantal wanbetalingen ook in de crisisjaren nooit extreem hoog geweest.

Maar de internationale toezichthouders lijken geen boodschap te hebben aan de Nederlandse argumenten. Het ziet ernaar uit dat er bij de nieuwe bufferregels vooral gekeken gaat worden naar de hoogte van de hypotheek ten opzichte van de waarde van de woning. En dat is nadelig voor Nederlandse grootbanken.

Gaten bij ABN, ING, Rabo en SNS

Kredietbeoordelaar S&P publiceerde dinsdag een rapport waarin de mogelijke gevolgen worden geschetst voor ABN Amro, ING, Rabobank en SNS Bank.

De uitkomsten zijn te zien in onderstaande tabel.

(klik voor vergroting)

unnamed

S&P heeft becijferd wat er gebeurt met het buffervermogen van de Nederlandse grootbanken (CET1-ratio) onder de nieuwe regels. Daarbij is gerekend met drie scenario's, waarbij hypotheken noodgedwongen een steeds zwaarder risicogewicht krijgen, oplopend van 20 tot 40 procent.

Te zien is dat bij ABN Amro in het zwaarste scenario het buffervermogen daalt van 15,5 procent in 2015, naar 11 procent. Bij Rabobank zou sprake zijn van een daling van 13,5 procent naar 10,4 procent.

De essentie van dit rekenvoorbeeld is dat Nederlandse banken voor miljarden euro's aan vers geld moeten ophalen om de kapitaalbuffers te versterken, als de Nederlandse banken geen uitzonderingspositie krijgen. Aandeelhouders van de grootbanken kunnen hun borst alvast nat maken.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl