Een stamrecht BV is op papier een prima constructie. Maar voor velen is zo’n BV een blok aan het been.

Voor eigenaren van een stamrecht BV dringt de tijd. Zij moeten voor eind van het jaar een besluit nemen. Dit jaar kunnen zij namelijk belastingvoordeel behalen, omdat ze in 2014 het tegoed mogen uitkeren en over slechts 80 procent van het bedrag inkomstenbelasting hoeven te betalen. Voorwaarde is dat zij het hele tegoed in één keer opnemen.

De regeling geldt uitsluitend in 2014 en geldt ook voor mensen die hun ontslagvergoeding op een bankspaarrekening of in een stamrechtverzekering hebben staan.

Stamrecht BV’s ‘onder water’

Ondanks dit belastingvoordeel zijn lang niet alle dga’s van een stamrecht BV blij. Want volgens sommige schattingen staat de helft van alle stamrecht BV’s ‘onder water’. Dat betekent dat de schulden – in dit geval zijn dat verplichtingen om te zijner tijd een bepaald bedrag aan de dga uit te keren – groter zijn dan de bezittingen.

En daar is de Belastingdienst niet blij mee, want die loopt zo inkomstenbelasting mis. Over de uitkeringen moet immers inkomstenbelasting worden betaald. Door de ontslagvergoeding in een BV te stallen, werd weliswaar uitstel, maar geen afstel van het betalen van belasting verkregen.

Waarom staan zoveel BV’s onder water?

  • Dure administratie. Sommige dga’s doen de administratie (jaarrekening, aangifte, loonheffing) zelf, maar de meesten hebben dat uitbesteed. Soms betalen zij daarvoor een paar honderd euro, maar soms ook meer dan duizend euro, inclusief een volstrekt overbodige accountantsverklaring. Ze voelen die hoge kosten niet in hun portemonnee, want de BV draait ervoor op.
  • Laag rendement. De inkomsten vallen vaak enorm tegen, omdat het geld in veel gevallen op een spaarrekening staat. Uit dat rendement moet de dga niet alleen de kosten vergoeden, maar ook de jaarlijkse stijging - oprenting in jargon - van het ontslagtegoed. De totale uitkeringsverplichtingen moeten namelijk jaarlijks met een bepaald percentage stijgen.
  • Onzakelijk lenen. Tenslotte hebben sommige dga’s er een potje van gemaakt door overmatig van hun BV te ‘lenen’. Ik zet dat woord tussen aanhalingstekens, omdat lenen vaak neerkwam op ‘leegtrekken’. Zij hebben hun stamrecht BV gebruikt als geldautomaat.

Wie een BV ‘onder water’ heeft, moet goed nadenken over wat hij in 2014 doet met zijn BV. Er zijn drie opties:

  1. Snijden in de kosten en hopen dat de BV ooit weer genoeg rendement maakt om niet alleen elk jaar te kunnen oprenten, maar ook om de verliezen uit het verleden goed te maken.
  2. De BV opheffen en het geld uitkeren, profiterend van de eenmalige belastingkorting. Dankzij de belastingkorting springen veel dga’s er zo nog wel redelijk uit.
  3. Het geld vanuit de BV overmaken naar een bankspaarrekening. Dat kan met behoud van de belastingvrijstelling. Je bespaart hiermee het gedoe en de kosten van de jaarlijkse administratie van een BV.

Achteraf bekeken hadden veel dga’s beter helemaal geen stamrecht BV kunnen oprichten. Het is op zich een prima constructie, maar wie er niet regelmatig aandacht aan besteedt, loopt het risico dat te hoge kosten en te laag rendement uiteindelijk leiden tot een verliespost in plaats van een handige manier om belasting te besparen.

Wie overweegt dit jaar zijn stamrecht BV op te heffen, moet snel zijn. Bij een BV ‘onder water’ is het namelijk verstandig om te overleggen met de fiscus over hoe om te gaan met het negatieve eigen vermogen, en de inspecteur van de Belastingdienst heeft zes weken om te reageren. Voor je het weet, is het 2015.