De spaartegoeden van Nederlandse huishoudens zijn afgelopen halfjaar opgelopen tot recordhoogte.
Dat meldde De Nederlandsche Bank (DNB) vrijdag.
Huishoudens vulden hun spaarrekeningen in de eerste helft van 2014 per saldo met 6,6 miljard euro aan, waardoor de tegoeden op die rekeningen opliepen tot circa 335 miljard euro.
Dat betekent dat een huishouden gemiddeld over 44 duizend euro spaargeld beschikt, berekende DNB. Dat was 10 jaar eerder nog 30 duizend euro.
Meer spaargeld ten opzicht van inkomen
De spaartegoeden zijn niet alleen in absolute getallen gegroeid, maar ook ten opzichte van het besteedbare jaarinkomen van huishoudens. Met 44.000 euro is het gemiddelde spaartegoed nu ruim 30 procent groter dan het doorsnee-inkomen, terwijl die waardes in 2004 nog ongeveer in evenwicht waren.
Ruim 85 procent van het spaargeld staat op vrij opneembare rekeningen. Daar ging afgelopen halfjaar ook ruimschoots het meeste geld heen. Bij deposito's met een vaste looptijd werd een lichte instroom gemeten.
Nieuw veel nieuw stortingen, oud geld blijft op de bank
Nederlanders brachten afgelopen halfjaar overigens niet opvallend veel geld naar de bank. De omvang van de stortingen nam zelfs af ten opzichte van de voorgaande jaren. De bedragen die werden opgenomen slonken echter nog veel sterker, waardoor er een toename met 6,6 miljard euro ontstond.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl
