Energieconcern Shell pakt kwakkelende onderdelen van zijn raffinagebedrijf in Rotterdam aan. Pernis blijft niet gespaard voor de nieuwe wind die topman Ben van Beurden laat waaien.

Energieconcern Shell gaat in Pernis een basisoliefabriek sluiten, waar grondstoffen voor smeermiddelen gemaakt worden. Daardoor verdwijnen zeventig arbeidsplaatsen.

De medewerkers krijgen echter zo goed als zeker ander werk elders op het terrein. Dat heeft een woordvoerder van Shell maandag bevestigd, naar aanleiding van berichtgeving in het Financieele Dagblad. ,,De reden voor de sluiting is de lage vraag naar basisolie en de hoge kosten, waardoor we niet competitief meer zijn. Maar het betekent niet dat Shell met basisolie stopt, maar wel in Rotterdam´´, aldus de zegsman.

Sanering Shell in Pernis

Het FD meldde maandag, op basis van intern documenten, dat zowel Shell als Kuwait Petroleum – in Nederland bekend van de pompstations van Q8 – de bezem door hun Nederlandse raffinaderijen halen. Dit zal leiden tot banenverlies en lagere investeringen. De bedrijven hebben last van overcapaciteit in de sector en groeiende concurrentie van nieuwe raffinaderijen buiten Europa.

Kuwait Petroleum Europoort wil volgens de berichtgeving in het FD ‘per onmiddellijk’ een ‘agressieve kostenreductie’ doorvoeren. De komende twee maanden moet het aantal onderaannemers met 60 procent teruglopen. Vakbond FNV verwacht dat circa 100 mensen hun baan verliezen. Bij de Rotterdamse raffinaderij van Kuwait Petroleum werken 350 mensen, Shell heeft in Pernis ongeveer tweeduizend mensen in dienst.

Raffinage in Rotterdam

Rotterdam is in Europa de belangrijkste clusterplaats waar ruwe olie wordt aangevoerd en in raffinaderijen wordt verwerkt tot brandstoffen als benzine en diesel. Ruwe olie wordt in Rotterdam verwerkt door vijf grote raffinaderijen, waaronder die van Shell en Kuwait Petroleum.

Jaarlijks wordt in Noordwest-Europa zo'n 165 miljoen ton ruwe olie aangevoerd voor raffinaderijen in het gebied tussen Hamburg en de Franse havenstad Le Havre. Volgens het Havenbedrijf Rotterdam heeft de Maasstad hierbij een marktaandeel van "meer dan 55 procent".

De raffinage-industrie in West-Europa heeft het echter zwaar. Raffinaderijen moeten het hebben van het prijsverschil tussen ruwe olie en de afzetprijzen van prijzen van eindproducten. Overcapaciteit in de sector en een relatief zwakke economische groei in West-Europa, zetten de winstmarges momenteel onder druk.

Margedruk olieraffinage

Zo rapporteerde Shell over het laatste kwartaal van 2013 raffinagemarges van 1,40 dollar per vat ruwe olie in Rotterdam. Dat is veel lager dan bijvoorbeeld in de Verenigde Staten, waar Shell voor zijn raffinaderijen aan de westkust een raffinagemarge van 8,70 dollar per vat optekende in de laatste maanden van 2013.

Dat Shell Pernis bij aanhoudend zwakke resultaten niet ongemoeid zal laten, bleek eerder dit jaar al uit signalen die de nieuwe topman Ben van Beurden gaf.

De Nederlander die Shell de komende jaren aanstuurt, heeft één mantra: alle relevante bouwstenen van het bedrijf onder de loep nemen en strenger dan voorheen beoordelen: is de activiteit competitief en winstgevend genoeg? Wat zijn de groeivooruitzichten en hoeveel geld moet ernaar toe? Zijn er twijfels, dan moet stoppen of verkopen een serieuze optie zijn.

Bij de presentatie van de jaarcijfers in januari dit jaar liet Van Beurden weten dat geen enkel onderdeel van het bedrijf uit de wind zal worden gehouden. Dat geldt ook voor de Nederlandse thuisbasis in Pernis.

Bron: ANP/Z24

Lees ook

Shell's Ben van Beurden: "Ik wil geen droge bronnen"

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl