In het recessiejaar 2013 waagde Ronald Sommeling de stap om een oude wens te verwezenlijken: een ijssalon in Oegstgeest, Tutti-Frutti. “Een paar euro, dat geven mensen ook in de crisis uit”.

Een blanco ondernemer kun je Ronald Sommeling niet noemen. Al twaalf jaar had hij een ijszaak in Gouda. Maar het verlangen om naar zijn ‘roots’ in Oegstgeest terug te keren, bleef knagen.

Van lekker ijs had Sommeling genoeg verstand en vertrouwen dat ijs als ‘impulsaankoop’ ook in zwakke economische tijden in trek zou blijven, had de 45-jarige ondernemer eveneens. Maar er was nog een derde ingrediënt nodig om iets nieuws te kunnen beginnen: de juiste locatie.

IJssalon in Oegstgeest

Een ijssalon tussen de modezaakjes, de dierenwinkel, bakker en slager van wat chiquere winkelstraat ‘De Kempenaer’ zag hij niet zitten: te hoge huren. De nabijgelegen Geversstraat, met meer doorgaand autoverkeer van en naar Leiden, leek Sommeling een betere optie.

“In 2011 had ik een winkelpand op het oog, maar was net te laat. Een kapperszaak trok erin. Toen ik daar in de zomer van 2012 langs kwam, zag ik een bordje hangen: “Wij gaan verhuizen”. Toen ben ik snel naar de makelaar gestapt.”

Financiering via familie

Dit keer was Sommeling op tijd en met een huur van  ruim 1.200 euro per maand durfde hij de stap aan. Hij verkocht zijn winkel in Gouda en regelde wat extra financiering via de familie. "Lenen bij de bank bleek geen optie. Die eisen toch zekerheid via onderpand en jaarcijfers. Zonder trackrecord nemen banken geen risico."

Na de verbouwing van kapperszaak tot eenvoudige ijssalon - "ik wilde het laagdrempelig houden, met vrolijke kleuren, uitnodigend voor kinderen" - opende Tutti-Frutti op 3 april de deuren in Oegstgeest.

Goede locatie

April 2013 was een barre maand, maar dat vond Sommeling niet heel erg: "Je hebt toch een aanloopperiode nodig voordat mensen weten dat je bestaat." Via mond-tot-mond reclame van ijsliefhebbers ging dat opvallend snel, wat leidde tot een hoge bezoekfrequentie in de mooie zomermaanden.

De locatie aan de Geversstraat in de buurt van enkele woonwijken bleek grote voordelen te bieden. Sommeling: "Voor het doorgaande verkeer ben je goed zichtbaar en in de directe omgeving is er geen vergelijkbare ijszaak."

Het ijsseizoen loopt van half maart tot half oktober, met zevendaagse openingstijden van april tot september. Sommeling heeft echter besloten in het eerste seizoen ook in de winter open te blijven, met aangepaste openingstijden. Als extra's verkoopt hij ijstaarten en stoofpeertjesijs.

Het ijs van Tutti-Frutti

Het ijs van Tutti-Frutti

"De winteropening zie ik meer als een vorm van marketing om zichtbaar te blijven. Veel ijssalons sluiten in de winter, maar het is denk ik goed als je naam op het netvlies blijft."

Door de pieken heen

Het ondernemingsplan is echter gebaseerd op een zesmaandse openingsperiode. "Je moet over die zes maanden je maandhuur maal twee doen. Als vuistregel geldt dan, dat je naar een situatie toe moet waarbij de huurlasten ongeveer 10 procent van de omzet bedragen, om goed van een ijswinkel te kunnen leven."

De flexibiliteit in de kosten zit vooral bij de ijsproductie en het personeel. "Ik heb in het hoogseizoen met acht scholieren tussen de 16 en 20 jaar gewerkt die flexibel oproepbaar waren."

Sommeling is tevreden over de start van Tutti-Frutti in Oegstgeest, maar blijft realistisch: "Voor 2014 ben ik wel positief, maar je hebt een jaar of drie nodig om dit echt op te bouwen. Ik reken dan met 20 procent groei in het tweede jaar en nog eens 20 procent in het derde jaar."

Pas over zo'n langere periode wordt duidelijk of de basisomzet sterk genoeg is. Want ijs is per definitie een product met sterke pieken en dalen in de verkoop.

Twee of drie bolletjes

Het ambachtelijke ijs dat Tutti-Frutti verkoopt wordt gemaakt door een voormalig compagnon van Sommeling, die vanuit Haarlem elf ijssalons in Nederland belevert. Sommeling houdt het wat de prijzen betreft simpel: één euro voor één bol, twee euro voor twee bolletjes, enzovoorts.

"De normale trend is dat klanten in de vroege lente één of twee bolletjes nemen en in de zomer naar drie tot vier bollen per keer gaan. Sommige collega's proberen daar op in te spelen door de derde bol wat lager te prijzen dan de eerste en tweede bol. Maar ik werk liever met eenvoudige prijzen."

Terugkijkend heeft Sommeling geen spijt dat hij op het dieptepunt van de economische crisis is gestart in Oegstgeest: "Ik dacht: het kan eigenlijk alleen maar beter gaan."

Lees ook:

Zoetbelasting treft Finse ijscoman

Dit is het achtste artikel in een reeks van De Maand van de Starter. De Maand van de Starter wordt mede mogelijk gemaakt door SNS Bank. SNS heeft een aantrekkelijk startpakket voor startende ondernemers.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl