Nergens in Europa zeggen huiseigenaren zo weinig problemen te hebben met het betalen van hun hypotheeklasten als in Nederland. Onze buurlanden hebben er meer moeite mee, blijkt uit een onderzoek van grootbank ING dat maandag werd gepubliceerd.

Nederlanders zijn , ondanks positieve vooruitzichten over de prijsontwikkeling, minder naïef dan andere Europeanen over het feit dat huizenprijzen ook kunnen dalen.

(klik op grafiek voor uitvergroting)

Vier procent van de Nederlanders geeft in de peiling van ING aan het lastig te vinden om maandelijks aan de hypotheeklasten op te hoesten. Dat is één op vijfentwintig.

Ter vergelijking: in Duitsland gaat het om één op negen en in België zelfs één op zes. Komt wellicht doordat er in Nederland relatief streng getoetst wordt op inkomensnormen, en  wanneer huizenkopers toch problemen krijgen, dan is dit vaak resultaat van een een echtscheiding of werkloosheid.

Op Britten en Italianen na, verwachten alle Europeanen dat de huizenprijzen de komende twaalf maanden zullen stijgen.

Nederlanders minder naïef dan Belgen en Duitsers

Het optimisme over prijsstijgingen in ons land lijkt niet door te slaan in naïviteit. Tien procent van de Nederlandse huizenbezitters denkt dat huizenprijzen nooit meer zullen dalen. In onze buurlanden, vooral in België, is deze groep veel groter:

Wat hierbij meespeelt is dat België – in tegenstelling tot Nederland – in de recente crisis geen sterke huizenprijsdalingen heeft gezien. Dit geldt eveneens voor Duitsland, al zijn hier minder huizenbezitters van mening dat huizenprijzen nooit meer dalen.

Onze oosterburen kenden vóór de financiële crisis een lange periode waarin huizenprijzen nauwelijks stegen, waardoor zij nu wellicht voorzichtiger zijn in hun uitspraken dan de Belgen.

Huizenprijsstijgingen niet voor iedereen goed nieuws

Huizenprijsstijgingen zijn in principe geen goed nieuws voor toekomstige starters op de woningmarkt. Zij moeten immers meer geld lenen en sparen. Mensen die al een huis bezitten worden op papier rijker. Ook kunnen zij mogelijk een lagere rente bedingen, nu hun hypotheekschuld daalt ten opzichte van de waarde van de woning.

Toch pakken prijsstijgingen voor hen niet automatisch gunstig uit. Huiseigenaren met doorstroomplannen zien hun volgende woning – die meestal in een hoger segment ligt – vaak ook in prijs stijgen. De absolute prijsstijging van die woning is meestal groter dan de overwaarde op de huidige woning. Hierdoor moeten doorstromers bij verhuizing vaak méér vermogen inbrengen of financieren, dan bij gelijkblijvende huizenprijzen.

Groepen die wél profiteren van huizenprijsstijgingen zijn bijvoorbeeld uittreders, zoals ouderen die hun koopwoning verkopen om te gaan huren. Ook voor eigenaren die hun bezit verhuren en toekomstige erfgenamen van ouderen met koopwoningen zijn prijsstijgingen veelal goed nieuws.

LEES OOK Bitcoin kopen op een veilige manier - hier moet je op letten