Nederlanders kopen steeds meer spullen bij webshops uit andere Europese landen.
In januari, februari en maart gaven ze daar ongeveer 390 miljoen euro uit. Dat is 15 procent meer dan in dezelfde maanden in 2018. Nederlandse webshops verkochten in het eerste kwartaal bijna 17 procent meer dan in dezelfde periode een jaar eerder.
Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) zijn de aankopen bij Europese webwinkels in de afgelopen vijf jaar met meer dan 150 procent gestegen.
Wat Nederlanders bij Europese webshops kopen, valt overigens in het niet bij de totale aankopen. “In 2018 ging het om nog geen 2 procent van de totale Nederlandse detailhandelsomzet”, aldus het CBS. Dat is opvallend, want het bureau schrijft ook dat Nederlandse consumenten het verschil tussen Nederlandse webwinkels en buitenlandse webwinkels niet altijd goed zien. De webwinkels zijn namelijk vaak in meerdere talen opgemaakt en hebben ook een Nederlandse versie.
Eerder bleek al dat Nederlandse consumenten relatief weinig geld uitgeven over de grens. Ierse consumenten kopen het liefst in buitenlandse webwinkels; vorig jaar gaf 84 procent van de Ieren in een onderzoek aan dat ze in de afgelopen 12 maanden iets bij een buitenlandse webwinkel hadden gekocht. In Nederland lag dat aandeel op 49 procent, een stuk lager.
Alleen in Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Polen en Duitsland lag dat percentage lager. Dat is waarschijnlijk te wijten aan de plaatselijke aanwezigheid van Amazon in Frankrijk, het VK en Duitsland. Consumenten kunnen daar bij een grote, internationale webwinkel terecht, maar doen dan nog steeds in hun eigen land aankopen. Nederlandse consumenten die iets bij Amazon willen kopen, kunnen dat alleen via de Duitse site doen.
