De prijzen van koopwoningen stijgen al sinds 2014 onverminderd hard door, maar die stijging zwakt af de komende jaren.

De huizenprijzen stijgen tot 2021 door maar wel minder hard, schrijft het Economisch Bureau van ABN Amro in de eerste Woningmarktmonitor van 2019. De bank stelde haar prognose voor dit jaar bij en komt nu uit op een stijging van 6 in plaats van 7 procent.

Voor 2020 verwacht ABN een stijging van 4 procent. Dat is volgens de bank nog steeds iets boven het historisch gemiddelde, maar wel beduidend lager dan de prijsstijgingen in 2018.


 
In september 2018 noteerden het CBS en Kadaster nog een gemiddelde stijging van 9,3 procent.

De stijging is ook hoog in vergelijking met onze buurlanden. Daar liggen de prijsstijgingen lager en ze zwakken af. Dat zou volgens ABN een voorbode kunnen zijn voor Nederland.

Een ander signaal voor een afname van de huizenprijzen is het dalende aantal woningverkopen. Dit komt omdat er te weinig woningen te koop staan. Tegelijkertijd zijn woningen zo duur geworden dat kopers afhaken. Het vertrouwen van de woningmarkt neemt ook af door onzekerheid over de economie.

ABN Amro doet in het rapport geen uitspraken over de huizenmarkt na 2021. Het is dus nog niet duidelijk of de huizenprijzen dan stijgen, stagneren of dalen.

Misschien vind je dit ook interessant over de huizenmarkt en hypotheken: