Nu het sociaal leenstelsel wordt ingevoerd, is de vraag weer relevant: wat is de overheid kwijt aan een studie? De Algemene Rekenkamer zocht het uit.

Op deze website van de Rekenkamer staan sinds afgelopen week de kosten en baten van vele opleidingsrichtingen in het mbo, hbo en aan universiteiten. Zo kan iedereen zelf kijken wat hij of zij kost en oplevert.

De Rekenkamer baseert zich daarbij op de inkomensgegevens van Nederlanders die in het collegejaar 2005/2006 zijn afgestudeerd.

Een voorbeeld. Een vrouw die de hbo-opleiding techniek binnen 4 jaar succesvol afrondt, heeft de maatschappij 65.844 euro gekost. Als zij gelijk een baan kan vinden, heeft de overheid dit bedrag na 11 jaar terugverdiend door onder meer de inkomstenbelasting die zij moet betalen. Zelf heeft zij, of hebben haar ouders of verzorgers 12.832 euro geïnvesteerd in haar schoolcarrière aan onder meer collegegeld en studieboeken. Dit heeft zij na 6 jaar werken terugverdiend.

Z24 dook in de cijfers van de Rekenkamer. Welke verschillen in kosten en baten tussen verschillende opleidingen? 5 feiten over studiekosten in Nederland.

1. Hoe hoger de opleiding, hoe meer je kost

Een hbo- of wo-opleiding is duurder dan een mbo-studie, zowel voor de student zelf als voor de overheid. Dat blijkt uit de inventarisatie van de Rekenkamer.

De privékosten zijn alle uitgaven aan leermiddelen en college-, studie- of schoolgeld, gerekend over de periode dat je voortgezet onderwijs en een vervolgopleiding volgt.

Voor de publieke kosten neemt de Rekenkamer het totaal van de uitgaven van de rijksoverheid aan instellingen die betrokken zijn bij de opleiding, en aan studiefinanciering en de ov-kaart. Ook hier gaat het om de middelbare school en de vervolgopleiding. De Rekenkamer gaat uit van een thuiswonende student zonder aanvullende beurs.

Wat valt op? De overheid is het meeste kwijt aan een hbo- of wo-opleiding; een mbo-studie is doorgaans goedkoper.

Een wetenschappelijke opleiding in de gezondheidszorg en techniek is het duurst, zowel privé als voor de overheid. De belastingbetaler is het minste kwijt aan de mbo-opleidingen in de richting groen.

2. Mannen verdienen meer dan vrouwen, ongeacht de studie

Dat Nederlandse mannen een hoger inkomen hebben dan vrouwen is bekend. De salariskloof wordt weliswaar steeds kleiner, maar bestaat nog steeds.

Toch zijn er grote verschillen per studierichting. Zo verdient een vrouw die hbo economie heeft gestudeerd 5 jaar na het behalen van het diploma zo'n 6.400 euro minder dan een man met dezelfde opleiding. De Rekenkamer neemt hierbij de mediaan, dat wil zeggen dat de helft van de mensen het genoemde inkomen of meer verdient.

Bij hbo kunst en hbo taal en cultuur is de beloningskloof 5 jaar na het afronden van de studie het kleinst: minder dan 1.000 euro.

3. Terugverdientijd van studie langer bij vrouwen

Omdat vrouwen minder verdienen, duurt het over het algemeen ook langer voordat zij de kosten van hun opleiding weer terug hebben verdiend. Bij een universitaire studie economie is te terugverdientijd gelijk, maar bij veel andere studies hebben mannen hun opleiding sneller terugverdiend.

Het verschil is het grootst bij de studierichting groen van een mbo bol-opleiding (niveau 1 en 2). Een man heeft de studiekosten al na een jaar terugverdiend, terwijl het bij vrouwen langer dan 35 jaar kan duren.

Datzelfde beeld is te zien bij de investering van de overheid in een opleiding. Het aantal jaren waarna een studie de rijksoverheid net zoveel heeft opgebracht als gekost ligt bij vrouwen een stuk hoger dan bij mannen.

4. Hoe lager de opleiding, hoe kleiner het rendement

Omdat het inkomen van mensen met een mbo-opleiding lager ligt, duurt het ook langer dan bij studenten uit het hoger onderwijs voordat mbo'ers zichzelf hebben terugverdiend voor de maatschappij.

In de grafiek hieronder zijn de terugverdientijden van mannen en vrouwen gemiddeld om een beeld te geven van de verschillen per opleiding. Iemand met een wetenschappelijke opleiding in de richting economie, gezondheidszorg, techniek of rechten levert binnen tien jaar meer op dan de overheid heeft geïnvesteerd. Bij hbo kunst ligt dat op meer dan 30 jaar.

5. Vrouwen vaker werkloos dan mannen

Vrouwen zijn 5 jaar na het behalen van hun diploma doorgaans vaker werkloos dan mannen. Bij de richting techniek op mbo bol (niveau 1 en 2) zitten 16,7 procent van de vrouwen zonder baan, meer dan het dubbele van de mannen.

Er zijn echter ook studierichting waar vrouwen een grotere kans op een baan hebben. Daarbij springt zorg en welzijn op mbo bbl (niveau 1 en 2) eruit: een kwart van de mannen is na 5 jaar werkloos tegenover 10 procent van de vrouwen.

Ook bij een wo-opleiding landbouw zijn vrouwen beter af: het werkloosheidspercentage ligt bij vrouwen 4 procentpunt lager dan bij mannen.

Lees ook

Waarom studenten het best kunnen lenen voor hun studiekosten

Ondernemen naast je studie: zo doe je dat

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl