In de nieuwe gedragscode voor beursgenoteerde bedrijven is geen bonusplafond opgenomen.

Wel moeten bedrijven voortaan verantwoording gaan afleggen over hun interne beloningsverhoudingen.

Dat blijkt uit de herziene code voor goed bestuur, die de commissie-Van Manen donderdag heeft gepresenteerd. Het gaat om een geactualiseerde versie van de zogenoemde Code Tabaksblat uit 2003.

Dijsselbloem kritisch op bonussen bedrijfsleven

Minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem uitte in september nog stevige kritiek op de commissie omdat die volgens hem in de eerder uitgebrachte conceptversie voor de nieuwe code nauwelijks voorstellen deed die de topbeloningen kunnen matigen en meer in verhouding brengen.

Dijsselbloem pleitte ervoor alle bonussen voor bedrijfsbestuurders te maximeren op 20 procent van hun jaarsalaris. Ook veel andere partijen kwamen met een reactie.

Ten opzichte van haar eerdere voorstellen heeft de commissie in deze definitieve versie een aantal aanpassingen gedaan. Zo is het voorstel geschrapt om commissarissen onder voorwaarden in aandelen te kunnen belonen.

Daarbij moeten bedrijven voortaan elk jaar tekst en uitleg gaan geven over veranderingen in hun interne beloningsverhoudingen.

Nadruk op eigen verantwoordelijkheid

Uitgangspunt van de herziene code is dat bedrijven zich meer moeten richten op hun prestaties op de lange termijn. Misstanden als boekhoudfraudes, corruptie en kartelvorming zijn in de ogen van Van Manen vaak terug te voeren tot bedrijfsleiders die de langetermijndoelstellingen uit het oog verliezen.

De commissie vindt het daarom belangrijk dat er meer nadruk komt te liggen op eigen verantwoordelijkheden van bestuurders en commissarissen.

Nieuw is bijvoorbeeld de introductie van het begrip cultuur in de gedragscode. Het richtsnoer verlangt van de top van de bedrijven dat zij een cultuur creëren die het gewenste gedrag en integer handelen binnen hun onderneming stimuleert.

Het is de bedoeling dat de herziene code volgend jaar wordt verankerd in de wet. Nederlandse beursvennootschappen worden dan geacht in 2018 te rapporteren over de mate waarin zij zich in het boekjaar 2017 aan alle bepalingen hebben gehouden.