De rijen voor de Apple Store waren enorm op 29 juni 2007. Honderden mensen wilden de iPhone bemachtigen, de revolutionaire telefoon van Apple die op die dag in de verkoop ging.
Een half jaar daarvoor had Steve Jobs op het podium van Macworld Expo het apparaat onthuld. Hij kondigde drie nieuwe apparaten aan: een iPod met touchscreen, een mobiele telefoon en een internetapparaat.
Maar het bleek niet om drie losse producten te gaan. De iPhone verenigde al die functies in één revolutionaire gadget.
Apple maakte van telefoons handzame mini-computers voor in de broekzak of handtas. Nog meer dan bij z’n andere apparaten combineerde de iPhone fraai design met gebruiksgemak. Geen telefoonfabrikant kon daarna nog meer dikke handleidingen komen.
Touchscreens zijn tegenwoordig alom. Foto’s nemen, whatsappen, video’s bekijken: we doen het allemaal op onze smartphone.
En toch heeft het jaren geduurd voordat de iPhone de telefoon werd die we nu kennen. Apple voegde elk jaar nieuwe functies toe, waardoor de mogelijkheden uit werden gebreid.
Maar de eerste iPhone was nogal primitief. Veel van de functies die we nu vanzelfsprekend vinden ontbraken. Kijk maar mee. ↓↓↓
De eerste iPhone betekende een doorbraak voor de smartphone. De concurrentie op dat moment bestond uit BlackBerry en Nokia, die telefoons met een fysiek toetsenbord zonder touchscreen maakten.
Toch was de iPhone verre van perfect.
De iPhone had een EDGE-verbinding met het 2G-netwerk. Weet je nog de tijd voor breedbandinternet, dat je in moest bellen met een modem? Zo traag was de eerste iPhone.
De eerste iPhone was niet verkrijgbaar in de Benelux, wel in Duitsland, Frankrijk, Ierland, Oostenrijk en het Verenigd Koninkrijk.
Er was nog geen App Store. Dus ook geen Angry Birds, Pokémon Go, Instagram of Snapchat.
Steve Jobs wilde de volledige controle houden over de gebruikerservaring, dus een downloadwinkel met apps van derden was uit den boze. Uiteindelijk gaf hij toch toe en konden programmeurs apps ontwikkelen voor de iPhone. Gelukkig maar, want apps zijn misschien wel de belangrijkste innovatie die voort is gekomen uit de iPhone.
Hopelijk was je een fan van de zwarte achtergrond. Die kon je namelijk niet veranderen.
Het duurde drie jaar voordat Apple knippen en plakken toevoegde aan de iPhone.
Om de eerste iPhone in te stellen had je een pc met iTunes nodig. Het zou nog vijf jaar duren voordat Apple van de telefoon een compleet op zichzelf staand apparaat zou maken.
Een sms versturen in landschapsmodus? Dat kon met de eerste iPhone niet.
Een foto versturen in een bericht? Dat kon ook niet. Net als het doorgeven van je locatie.
Navigeren met je smartphone bestond nog niet. Het zou nog twee jaar duren voordat Google gratis navigatie beschikbaar maakte voor Maps. Het waren de hoogtijdagen van het Nederlandse TomTom, dat wereldwijd navigatiekastjes verkocht voor de in auto.
De camera had slechts 2 megapixels en maakte niet zulke verbluffende als de iPhones van tegenwoordig.
Video's opnemen kon ook niet. Dat betekende dat je schattige momenten zoals dit niet vast kon leggen met je telefoon.
Er was geen notificatiescherm en geen Siri. Dit soort complexe functies zijn pas relatief recent aan de iPhone toegevoegd.
De eerste iPhone met 4 GB opslag kostte 499 dollar. Daarbij moest je een tweejarig abonnement bij de provider AT&T afsluiten. Er was geen andere keuze. In Nederland was de iPhone 3GS aanvankelijk alleen verkrijgbaar bij T-Mobile.
Wat hebben we nu geleerd?
Dat het een hele poos kan duren voordat alles uit een nieuwe technologie wordt gehaald. De eerste iPhone betekende weliswaar een doorbraak, maar was verre van perfect.
De volgende keer als een techconcern een product uitbrengt en een nieuwe markt aanboort, staar je dan niet blind op de gebreken. De eerste versie van een apparaat is slechts het vertrekpunt. Niemand had tien jaar geleden voorzien dat smartphones zoveel taken van de pc over zouden nemen.
