Middelgrote en kleinere Nederlandse gemeenten zijn bang dat ze op korte termijn geen accountant meer kunnen vinden om hun jaarrekening te controleren. De reden: drie grote accountantskantoren lijken geen trek meer te hebben in de boekencontrole bij kleinere en middelgrote gemeenten.

Dat blijkt uit een enquête van Het Financieele Dagblad.

In het onderzoek van de krant uiten gemeenten hun zorgen over de situatie. Ze dreigen zonder accountant hun wettelijke plicht te verzuimen, wat hun een korting op de rijksbijdrage zou kunnen opleveren.

Uit de enquête blijkt dat de drie grootste accountantskantoren van Nederland, PwC, Deloitte en EY, massaal afscheid nemen van tientallen kleine en middelgrote gemeenten.

De kantoren schrijven zich niet meer in op aanbestedingen van gemeenten of proberen tussentijds onder een lopend contract uit te komen. De drie kantoren controleerden in boekjaar 2015 nog 159 van de 223 gemeenten die meededen aan het onderzoek. Een jaar later is dit aantal gedaald naar 106, iets minder dan de helft van de deelnemende gemeenten.

Grote accountantskantoren laten kleine gemeenten links liggen

Vooral kleine gemeenten tot 25 duizend inwoners en middelgrote gemeenten tot 100 duizend inwoners lijken niet meer aan de bak te kunnen bij de drie grote accountantskantoren.

Volgens het FD heeft het afhaken van PwC, Deloitte en EY deels te maken met capaciteitsproblemen. Door de krapte op de arbeidsmarkt, scherpere toezichtseisen en een roulatieverplichting bij de boekencontrole van grote beursgenoteerde bedrijven, moeten de grote kantoren scherper kiezen.