Een hersenschudding die
alles op z’n kop zette

Petra

Petra

“Ik reed ‘s avonds in het donker van werk naar huis. Het regende en het was druk op de weg", vertelt Petra, marketingmanager bij Bilderberg Hotels. "Plotseling remde de auto voor mij en ik botste er vol tegenaan. Binnen een paar seconden klapte de bestuurder achter me tegen mij op.

Mijn auto was total loss. Ik had zelf alleen een beetje last van mijn nek, maar voor de rest leek het verder met mij wel goed te gaan.

De volgende dag was ik vrij. Ik had net de sleutel van mijn nieuwe huis gekregen en wilde daar gaan klussen. Voor de zekerheid maakte ik een afspraak bij de huisarts. De dag daarna ging ik gewoon naar kantoor, maar toen ik daar aankwam begon ik wazig te zien en kon ik niet meer helder nadenken.”

Van de radar

“Ik ben toen direct naar mijn leidinggevende Arlette gestapt. Zij zag dat het niet goed met me ging en zei dat ik beter naar huis kon gaan. We spraken af om te bellen als ik mijn huisarts had gesproken. Ik bleek een hersenschudding te hebben en werd geadviseerd om twee weken rust te nemen. In die periode heb ik even geen contact gehad met kantoor.

Arlette is ook niet het type dat iedere dag appt en dat vond ik eigenlijk wel fijn. Na twee weken voelde ik me alleen niet beter. Ik heb Arlette toen opgebeld om te laten weten dat ik meer tijd nodig had, waar ze gelukkig begripvol op reageerde.

Het plan was om na zes weken weer aan de slag te gaan, maar ik was nog steeds niet de oude. Ik voelde me schuldig tegenover mijn collega’s, ook al gaven ze daar geen redenen voor. Ik was gewoonweg bang dat ze in de knel zouden komen met lopende projecten.

‘Uiteindelijk zorgde de tijd dat ik uit de running was voor een kantelpunt in mijn leven’

Omdat het langer duurde ging ik naar de bedrijfsarts, waarmee ik een re-integratieplan opstelde. Dat was fijn. Het bood duidelijkheid. Ik had niet langer het gevoel alsof ik me moest verantwoorden voor mijn herstelproces. Bovendien had de bedrijfsarts een veel lager tempo in gedachten. Zelf wilde ik veel te snel gaan.

Ik ben vervolgens langzaam begonnen met uren opbouwen. Daar zag ik wel tegenop: de eerste weken was het heel pittig. Soms lukte het gewoon niet en was ik voor mijn gevoel weer terug bij af. Bij een hersenschudding merk je dat direct. Ik had last van oorsuizen, misselijkheid en duizeligheid als ik over mijn grenzen heen ging.”

Petra: ‘Die positieve mindset hielp mij zó erg, dat ik dacht dat ik er anderen misschien ook mee kon inspireren’

“Die eerste weken werkte ik veel thuis. Toen ik op een middag in bed PowerPoints lag te maken kreeg ik een Eureka-moment. Ik heb altijd veel voldoening gehaald uit mijn werk, maar ik realiseerde me dat ik zonder werk ook gelukkig kon zijn met wie ik ben. Het is niet mijn hele identiteit. Ik begon het auto-ongeluk te zien als iets wat me juist veel kon brengen.

Uiteindelijk zorgde de tijd dat ik uit de running was voor een kantelpunt in mijn leven. En die positieve mindset hielp mij zó erg dat ik dacht dat ik er anderen misschien ook mee kon inspireren. Ik heb me toen veertig dagen lang gefocust op het positieve en op dromen die ik wilde waarmaken. Vanuit dat proces is mijn zelf geïllustreerde boek ‘Van Dromen naar Doen’ ontstaan.

Inmiddels ben ik weer aan de slag en ben ik nog steeds gelukkig in mijn functie. Voor mijn gevoel heeft Arlette goed gehandeld. Er waren duidelijke afspraken, waardoor we beiden wisten wat we konden verwachten. Tegelijkertijd was er veel begrip en ruimte om van de afspraken af te wijken. De enige fout was die naïeve eerste voorspelling van de huisarts.

Als ik realistischer advies had gekregen over de duur van herstel bij een hersenschudding had ik andere keuzes gemaakt en had het proces sneller kunnen verlopen. Maar aan de andere kant: die extra weken hebben me ook veel waardevols opgeleverd. Eenmaal terug op werk durfde ik trouwens eindelijk om de titel ‘manager’ te vragen, die ik al langer verdiende.”

Arlette – Chief Commercial Officer Bilderberg Hotels

“Toen Petra me na het ongeluk opbelde om te vertellen wat er gebeurd was en ze zei dat het los van de schrik best oké ging, begonnen er bij mij eigenlijk direct alarmbellen te rinkelen. Ik had als manager al eerder meegemaakt dat een werknemer bij een aanrijding betrokken was geraakt en vaak voel je door de adrenaline eerst niet hoe het nou echt gaat.

Eenmaal op werk bleek al gauw dat het gewoon niet goed ging. Dan kun je als leidinggevende maar één ding doen: iemand de rust en ruimte geven om te onderzoeken wat er aan de hand is. Natuurlijk zijn er wel twee kanten die door je hoofd spelen als er een teamlid uitvalt. Enerzijds zijn er de persoonlijke zorgen over haar herstel. Petra had net een nieuw huis, was onlangs moeder geworden en was bezig met leuke projecten op werk, en dan ineens gebeurt er zoiets – dat raakt je natuurlijk.

Aan de andere kant speelt het zakelijke aspect direct mee. Omdat ik dit werk al langer doe bezorgt dat me geen persoonlijke stress meer, maar ik schiet wel meteen in de actiemodus. Petra gaf leiding aan een team, maar was ook hun steun en toeverlaat – iemand op wie ze konden bouwen. Dat viel ineens weg.

Samen met haar teamleden zijn we rond de tafel gaan zitten om te kijken wie wat over kon nemen en wat haalbaar was qua werkdruk. Ook heb ik toen benadrukt dat je in dit soort gevallen vaak niet kan inschatten hoe lang het gaat duren – het is belangrijk om daar direct open over te zijn. Je wil geen valse verwachtingen creëren. Ik wilde ze vooral ook het vertrouwen geven dat het goed zou komen.”

‘De zorgen niet neerleggen bij degene die uitvalt’

“Het allerbelangrijkste is dat je als bedrijf die zorgen niet neerlegt bij degene die uitvalt. Dat is iets wat ik gaandeweg geleerd heb. In het begin van mijn carrière maakte ik nog weleens de fout om toch te veel te pushen op een snelle terugkeer, wat averechts werkte. Dat doe ik nu echt niet meer. Je wil iemand vooral het gevoel geven dat ze haar eigen tempo kan bepalen en dat iemand daar open over kan zijn, zonder dat er een oordeel is.

Wat ik het lastigst vind is om een zieke werknemer betrokken te houden bij wat er gebeurt op werk, zonder voor onnodige druk te zorgen. Je wil iemand op de hoogte houden, zodat als ze terugkeren, niet ineens alles anders is. Maar je wil iemand ook niet opzadelen met werkproblemen. Dat is een lastige balans. Met Petra ging dat volgens mij goed. We belden af en toe, zodat we elkaar kleine updates konden geven, maar we hadden het dan ook vaak gewoon over koetjes en kalfjes.

In Petra’s re-integratie werkte die openheid fijn. Als het plan bijgesteld moest worden, dan was dat gewoon zo. Dat kon zij zelf het beste aanvoelen. Bovendien had ik mezelf en het team daar al op voorbereid. Vaak zie je namelijk juist bij mensen die het voor de uitval hartstikke naar hun zin hadden op werk, dat ze te hard willen gaan en hun herstel te optimistisch inschatten. Als leidinggevende weet je wat voor type iemand is en of je daar extra op moet letten, zoals bij Petra het geval was.”

Dit artikel is onderdeel van De maand van Vitaal Werken: een serie in samenwerking met Nationale-Nederlanden over burn-out en andere vormen van verzuim op de werkvloer. Langdurig ziekteverzuim raakt zowel werknemer als werkgever, en vereist persoonlijke begeleiding aan beide kanten.

Arlette

Arlette

Arlette

Arlette