Het Chinese bouwbedrijf WinSun heeft het voor elkaar gekregen om in 24 uur 10 echte huizen te printen met enorme 3D-printers. De huizen hebben een vloeroppervlak van 200 vierkante meter per stuk. 

Dit meldt de Britse International Business Times.

Het heeft de Chinezen 12 jaar en 2,3 miljoen euro gekost om een 3D-printer te ontwikkelen met een lengte van 150 meter. Grote 3D-printers worden al langer gebruikt om vliegtuigonderdelen en prototypes te maken, maar nooit eerder werden er huizen mee geprint.

De kosten om een huis te printen vallen mee, een huis van 200 vierkante meter wordt gebouwd voor zo’n 3500 euro. Het bedrijf heeft maar liefst 77 patenten op de apparaten.

De huizen die het Chinese bedrijf maakt zijn ecologisch verantwoord gebouwd. De bouwstenen bestaan uit verschillende lagen gerecycled constructie afval en glasvezel en worden gemixt met cement.

AutoCAD

WinSun gebruikte de ontwerp software AutoCAD Architecture om het gebouw te ontwerpen. De uitvinders van deze 3D-printer rekenden ook uit waar elektriciteitsaansluitingen, ramen en isolatiemateriaal moesten komen om het huis later te kunnen afmaken.

Het kantoor van WinSun komt ook uit de printer

De muren van het kantoor van het Chinese bouwbedrijf zijn ook gemaakt met behulp van 3D-printers. De oppervlakte van het kantoor is iets groter dan de geprinte huizen: 10.000 vierkante meter. Het kostte WinSun een maand om met 4 printers alle muren af te krijgen.

 

 

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl