Toen Steve Jobs meer dan tien jaar geleden de eerste iPhone aan de wereld toonde , zei hij dat het apparaat “vijf jaar voorloopt op elke andere mobiele telefoon”.

Jobs zat ernaast.

Het duurde zeker een jaar of acht voordat andere fabrikanten bij Apple langszij kwamen.

Tegenwoordig zijn de rollen omgedraaid en roepen critici dat Apple niet genoeg innoveert. De iPhone is niet langer toonaangevend. De toptoestellen die op Android draaien kunnen zich qua design, prestaties en software meten met de iPhone 7 en 7 Plus – en zijn in sommige opzichten zelfs beter.

Nu staat de techindustrie aan de vooravond van een nieuwe revolutie. Kunstmatige intelligentie en machine learning zijn in opkomst, twee gebieden waar Apple in het verleden niet bepaald in uitblonk.

Maar ik zou Apple niet te snel afschrijven. Het bedrijf heeft bepaalde kwaliteiten waardoor het nog jaren aan de top zal blijven staan.

Nieuwe telefoon, nieuwe snufjes

De discussie over Apple's toekomst laaide deze week weer op met de presentatie van de nieuwe iPhone X op dinsdag. Het toestel heeft een hagelnieuw ontwerp met een nagenoeg randloos scherm en nieuwe snufjes zoals draadloos opladen en ontgrendelen met je gezicht.

Voor critici is dit niet genoeg. Zij roepen dat Apple simpelweg andere fabrikanten volgt. Zo liggen telefoons van Samsung en LG waarbij het scherm tot aan de randen loopt al maanden in de winkels.

Desondanks zal de iPhone X wel goed verkopen. Apple staat al tien jaar bekend om de uitstekende kwaliteit - zowel qua hardware als software - van zijn telefoons. Al heeft dit model een nieuw ontwerp, Apple heeft eerder met dit bijltje gehakt.

Maar als de techreus ook de komende tien jaar toonaangevend wil zijn, zal Apple zich moeten verbreden en verdiepen. Steengoede hardware maken is niet voldoende, de diensten boven op de iPhone zullen het verschil maken. Denk aan een gevarieerd media-aanbod met series, films en muziek, een digitale assistent die van toegevoegde waarde is en augmented reality.

"Apple moet producten aan de man kunnen brengen op basis van de software en aanvullende diensten", meent analist Carolina Milanesi van Creative Strategies. "Consumenten moeten zeggen: 'Ik wil de iPhone niet om de hardware, maar omdat ik iets wil proberen zoals augmented reality.'"

Het goede nieuws voor Apple is dat het met de iPhone daarvoor het perfecte apparaat in huis heeft. Omdat het technologieconcern zowel de hardware als de software maakt, is het in staat om razendsnel nieuwe toepassingen uit te rollen naar tientallen miljoenen mensen. Daar kunnen de meeste concurrenten nog een puntje aan zuigen.

Tim Cook

Foto: Apple-topman Tim Cook geeft een demonstratie met augmented reality op de iPad. Bron: AP

De kracht van Apple

Augmented reality is een uitstekend voorbeeld van de verborgen kracht van Apple. De meeste experts zijn het erover eens dat de smartphone op een dag niet meer relevant is en dat we allemaal met futuristische brillen rondlopen. Maar dat is nog toekomstmuziek. De basis voor augmented reality wordt op dit moment gelegd op de smartphone, niet op andere apparaten.

Apple speelt daarbij een vooraanstaande rol. Een belangrijk onderdeel van de nieuwste versie van besturingssysteem iOS is ARKit, een platform waarmee programmeurs makkelijk augmented reality-apps kunnen bouwen die gebruikmaken van de sensors en camera's van de iPhone en iPad.

Als iOS 11 later deze maand beschikbaar komt, wordt het besturingssysteem in een klap het grootste augmented reality-platform ter wereld. Dat toont de kracht van Apple aan. Met een druk op de knop kan het bedrijf iets op grote schaal uitrollen. Bij concurrenten gaat dat een stuk minder makkelijk.

Neem Google, dat vorige week een eigen softwareontwikkelpakket voor augmented reality aankondigde voor Android. ARCore is in eerste instantie beschikbaar op een handvol toestellen. Om Google's versie van augmented reality te gebruiken, moeten fabrikanten telefoons ontwerpen volgens de specificaties van Google. Dat duurt minstens een jaar, en dus lopen de Android-makers op dit vlak een flinke achterstand op ten opzichte van Apple.

Een Siri-euze voorsprong

Kunstmatige intelligentie en digitale assistenten is een ander gebied waar Apple een voorsprong heeft.

Op het eerste gezicht lijkt dat niet zo. Hoewel Siri de afgelopen jaren enorm is verbeterd, legt Apple's spraakhulp het af tegen die van Google en Amazon. Siri is niet zo goed in het beantwoorden van vragen als Google Assistant. En in tegenstelling tot Google en Amazon kunnen ontwikkelaars niet allerlei toepassingen bouwen boven op Siri en koppelingen maken met andere apps. Apple staat dat niet toe.

apple homepod wwdc 2017

Foto: Met de Homepod krijgt Siri er weer een platform bij. Bron: AP

Maar omdat er honderden miljoen iPhones in omloop zijn, staat Siri op veel meer apparaten dan Google Assistant of Amazon's Alexa. En daar komen alleen maar meer bij.

Siri wordt nu standaard meegeleverd op onder meer de Apple Watch, Apple TV en de Mac. In december komt daar de Homepod bij, de slimme speaker die met het internet is verbonden. Straks vraag je aan Siri om jouw favoriete nummer te spelen.

Hoewel Apple het misschien te voorzichtig heeft aangepakt met Siri in vergelijking met de concurrentie, kun je ook stellen dat het een betere ervaring voor de eindgebruiker levert. Apple ziet erop toe dat elke nieuwe toepassing van Siri zinvol is en goed werkt. Je kunt dan wel geen pizza bestellen met je stem zoals bij Alexa, maar wees eerlijk: hoe vaak doe je dat nu?

Eigen tv-series van Apple

Het media-aanbod is een ander onderdeel van het Apple-imperium dat belangrijk is voor de toekomst - en ook hier heeft het bedrijf een voorsprong op de concurrenten.

Hoewel de kritieken op Apple's eerste eigen tv-programma vernietigend waren, zet het techconcern flink in op video. Apple zou de komende twaalf maanden 1 miljard dollar uittrekken voor eigen tv-series, meldde The Wall Street Journal. Ook kwamen recent twee topmannen over van Sony die daar verantwoordelijk waren voor populaire series als Breaking Bad.

Apple zou daarnaast zijn oog hebben laten vallen op The Culver Studios, de legendarische Hollywoodstudio waar films als The Matrix en E.T. zijn opgenomen. En volgens The Hollywood Reporter overweegt Apple een bod op de rechten voor James Bond.

Met al deze geruchten is het makkelijk om te vergeten dat Apple al een potentieel miljoenenpubliek heeft voor de eigen tv-series en films, namelijk de mensen met een iPhone. Het apparaat is het perfecte platform om te experimenteren met video. Zo hoopt Apple om de generatie die is opgegroeid met Netflix en YouTube te verleiden iets extra's te betalen.

Het draait om schaalgrootte

Wat mensen vaak vergeten als ze zeggen dat Apple achterloopt op de concurrentie is dat het bedrijf opereert op een enorme schaal. Elke kwartaal produceert het bedrijf tientallen miljoenen apparaten die allemaal optimaal moeten functioneren. Dus is het niet meer dan logisch dat Apple er soms wat langer over doet om de nieuwste snufjes te integreren in de iPhone.

Maar schaal is ook de kracht van Apple. Geen enkele fabrikant komt daarbij in de buurt. Als Apple een nieuwe technologie écht omarmt, kan het die veel sneller uitrollen naar een massapubliek dan concurrenten.

De nieuwe iPhones die we de komende tien jaar gaan zien, zullen zelden revolutionair zijn. Maar het zijn wel de apparaten die nieuwe toepassingen populair maken bij een groot publiek, puur en alleen vanwege de schaal waarop Apple opereert.